welkom en mededelingen         

zingen      Psalm 108:1 ‘Mijn hart is, Heer, in U gerust’

stil gebed

votum en groet

aanvangstekst          ‘Onderwerp u dus aan God, en verzet u tegen de duivel, dan zal die van u wegvluchten.’ (Jakobus 4:7)

zingen                       Psalm 108:2,4 ‘Ja, hoger dan het hemelsblauw’

lezen van gebod    uit 1 Petrus 5 (1-11)

zingen           Lied 538:1,4 ‘Een mens te zijn op aarde’

zingen           Lied 538:1,4 ‘Een mens te zijn op aarde’

gebed

kindermoment

Kijk, wat ik hier bij me heb. Wie weet wat dit is? Voetbalplaatjes. Die kun je bij een zekere supermarkt krijgen. Nou ja, krijgen. Je moet wel eerst voor 10 euro aan boodschappen kopen, en dan krijg je dus één zo’n pakje. Of je moet bij de uitgang van de supermarkt gaan staan en er bij mensen om gaan vragen…
Myrthe spaart ze dus ook. Wie nog meer hier?

Waarom doe je dat? Omdat het leuk is. Dat is het ook. Zeker als je ze in zo’n mooi boek kunt doen?
Maar nu een vraag. Want bij elk groot toernooi zijn ze er natuurlijk weer, die voetbalplaatjes, of bij het begin van een nieuw seizoen. Wie heeft die voetbalplaatjes van vier jaar geleden nog? Wie kijkt er nog wel eens dat boek in? Niet veel meer. En dat geldt voor zoveel dingen die we sparen: ze verdwijnen.

Nu gaan jullie straks over het Koninkrijk van God horen bij de kindernevendienst. En dat vergelijkt Jezus met de grootste schat die er is. De mooiste parel die er is. En die blijft z’n waarde houden. O ja, en daarmee ben je pas echt de Koning te rijk. Door Hem mag je zelf een parel zijn, een parel in Gods hand. Hoe mooi is dat!
Zullen we daar nu ook van gaan zingen? Met Hemelhoog 417, en we zingen alleen twee keer het refrein, in twee verschillende versies. Want dat is echt het allermooist.

zingen           Hemelhoog 417 (alleen refrein 1 en refrein 2) ‘Een parel in Gods hand’ 

schriftlezing             Efeze 6:10-20

zingen           Hemelhoog 452 ‘O kerk, sta op’

verkondiging         

Gemeente van Jezus Christus,

Mijn broer had vroeger een lp van de gospelrockband Petra. Behoorlijk stevige muziek, zeker voor die tijd. Maar de titel was minstens zo heftig. In grote, vlammende letters stond die op de hoes: ‘This means war! Dit betekent oorlog!’ Wat? Nou, daarover zongen die jongens van Petra: het leven van een christen betekent oorlog, strijd, een duel op leven en dood.
Ik weet niet of u, of jij dat net zo ervaart. Of denk je: Leuk dat die jongens van Petra dat zo zien en er zo over zingen, maar dat lijkt me toch behoorlijk overdreven. Hoezo nou ‘this means war’? Wat nou oorlog? Een duel op leven en dood? Is dat niet erg dik aangezet? Ik merk er weinig van…

Tja, als je ons tekstgedeelte hoort, dan klinkt daar in feite toch dezelfde taal? Ik bedoel: het gaat om een wapenrusting aandoen. Nou, die draag je niet voor je lol. Die heb je nodig in de strijd. Een strijd met een tegenstander, die niet voor de poes is. Paulus schrijft: ‘Onze strijd is niet gericht tegen mensen, maar tegen hemelse vorsten, de heersers en machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen.’ Een omschrijving van het front zeg maar, waartegen te strijden is: de duivel en zijn handlangers.

De duivel? Is dat niet dat rode wezen, met die horentjes op z’n hoofd en z’n drietand in de hand? Zoals je die in stripboeken en animatiefilms nog wel eens tegenkomt, of op oude schilderijen? Dat wezen, waar ze in de Middeleeuwen nog zo bang voor waren en hem ook overal zagen? Maar wij leven toch niet meer in de Middeleeuwen? Het is toch achterhaald om in het bestaan van de duivel te geloven? Ja, er zijn nogal wat theologen die dat ook beweren.

Maar weet je wat ik nu zo apart vind? Dat in de theologie er inderdaad tegenwoordig velen zijn die van de duivel weinig meer moeten weten, maar dat buiten de kerk je hem wel overal lijkt tegen te komen. In films. In games. In bepaalde muziek, zoals ‘black metal’, waar allerlei occulte symbolen en verwijzingen veelvuldig voorkomen. In de nodige boeken. Als je daar naar kijkt, is die duivel echt niet alleen maar iets van vroeger. Nee, hij is nog zo modern als wat.

Je kunt als het over de duivel gaat – denk ik – twee fouten maken. De eerste is dat je hem onderschat. Zoals die theologen zeg maar. Of als je denkt dat het met hem wel erg meevalt. Maar niemand minder dan Jezus onderschatte de duivel helemaal niet. Hij vergeleek hem eens met ‘een sterk en goed gewapend man’. En in een korte gelijkenis – je vindt die in Lukas 11 – heeft Jezus het over een kwade geest die als hij ziet dat ergens een huis leeg staat er nog eens zeven andere kwade geesten bijhaalt, die dat huis dan kraken en bezet houden. Bezet, bezeten, dat kan iemand dus door de duivel zijn. En zo iemand is er slecht aan toe, zegt Jezus. Nee, Hij heeft de duivel nooit onderschat.

En in Efeze 6 horen we dat die duivel ook listen heeft. Hij kan een uiterst gemene tactiek hanteren. Eén van z’n tactieken is ons te laten geloven dat hij helemaal niet bestaat of absoluut niet gevaarlijk is. Ik las in dit verband ergens een uitspraak, die wel aan het denken zet: ‘Één van de sterkste bewijzen van zijn genialiteit is dat de duivel zichzelf heeft laten afschaffen.’ De duivel zelf heeft er geen enkele moeite mee als mensen niet in zijn bestaan geloven. Dat vindt hij prima, want dan kan hij ongestoord z’n gang gaan met z’n duistere praktijken.

Wat zijn dat dan die duistere praktijken van hem? Nou, hij kan zich bijvoorbeeld verschuilen in iets als glaasje draaien. Dat is met een glas en een letterbord geesten proberen op te roepen. Dat lijkt spannend en interessant, maar ik heb al genoeg verhalen gehoord van mensen, ook jonge mensen, die daardoor heel angstig werden, en depressief. Blijkbaar is het een ingang voor de Boze…

Ook is één van de listen van de duivel om je te binden. Je te binden aan middelen en machten, waar je aan verslaafd raakt, waar je aan vast zit. Niet voor niets spraken ze vroeger al over de drankduivel: een alcoholverslaving is verwoestend. Voor iemand zelf én zijn of haar omgeving. Maar ook verslaafd raken aan drugs – en vaak begint het met wat experimenteren -, gokken of seks, is een manier waarop de duivel je in z’n macht kan krijgen.

Toch zijn die duistere praktijken van de duivel niet alleen in dit soort dingen te vinden. Dan zou het misschien ook niet zo’n lastige tegenstander zijn, want je niet met zulke zaken bezig houden, is misschien ook weer niet het allermoeilijkst. Hij is echt niet alleen buiten de kerk te vinden, ook binnen de kerk. Juist daar. Luther zei het al: ‘Waar God een kerk bouwt, daar bouwt de duivel er een kapelletje naast.’ Want hij kan het niet uitstaan als mensen bij Jezus horen en Hem volgen. Dan zal hij er alles aan doen om die relatie uit elkaar te drijven. Dat betekent z’n naam ook letterlijk. Duivel komt namelijk van het Griekse woord ‘diabolos’ en dat betekent letterlijk ‘uit elkaar gooier’. Die diabolos, die duivel, wil relaties uit elkaar gooien, relaties tussen mensen en God, tussen mensen onderling. Hij geniet ervan als mensen hun relatie met God laten verslonzen of als ze gaan twijfelen of Hij wel echt van hen houdt. Hij kickt er op als mensen zich beter voelen dan anderen, als mensen uit elkaar groeien, elkaar niet meer aanvaarden, elkaar veroordelen, elkaar links laten liggen, ook binnen de kerk.

Tegelijk geloof ik dat die duivel niet alleen maar in persoonlijke relaties bezig is, maar ook in de grote verbanden. Dat is niet iets wat ik verzin, maar dat lees ik in  Efeze 6, waar dat hele vijandelijke front waartegen we te strijden hebben (‘this means war!’ weet je nog?) getekend wordt, vers 12: ‘Onze strijd is niet gericht tegen mensen, maar tegen hemelse vorsten, de heersers en machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen.’
Hier blijkt dat het ook om machten gaat – geestelijk en bovenaards – kwade machten, die ook hele structuren kunnen doortrekken en beheersen, die een tijdgeest kunnen gaan bepalen. Misschien vindt u dit allemaal nog een beetje vaag klinken, laat ik proberen het wat duidelijker te maken. Zou achter terrorisme, waar mensenlevens niet tellen, ook geen duivels kwaad kunnen zitten? Maar ook achter een nog steeds doorgaande wapenwedloop, waar zoveel keer meer geld in omgaat dan in bijvoorbeeld de aanpak van het wereldwijde hongerprobleem. En als de duivel in de Bijbel ‘de vader van de leugen’ wordt genoemd (daar begon het al mee in het paradijs: Gods waarheid verdraaien), dan kun je z’n invloed toch ook zien in het fake news, in hoe de waarheid geweld wordt aangedaan, en hoe mensen daardoor tegen elkaar opstaan, het polariseert. De diabolos – de uiteenwerper – heeft dan z’n zin!

Ja, de duivel wil Gods goede werk uiteenwerpen. Hij wil daarom ook deze schepping, deze wereld vernietigen. Hoe meer geweld, moord en haat, honger en armoede, hoe meer geloofsafval, hoe meer hij geniet. Ik las ergens: ‘De duivel heeft helemaal geen hoorntjes of bokkenpotten, hij gaat gekleed in de duurste kostuums. Hij zit in de vergaderingen van de politici, bankiers, generaals en ondernemers… Zoveel schrijnende armoede in de wereld, en moet je eens kijken hoeveel miljarden er vermorst worden in het speculeren met geld en goed! Wat blijft er over van Gods goede schepping? (En dan komt er echt een doordenker:) Waarschuwen tegen Harry Potter kost je niks, maar als je zelf eens echt anders zou moeten leven?’

Misschien denk je intussen: Nou, dat vijandelijke front is intussen aardig geschetst. Ik vraag me af, hoe ik ooit dat duel met die duivel aan kan gaan. Lig ik niet zo om? Hoe kan ik die duivel en z’n hele rijk ooit weerstaan?
Nu zijn we bij de tweede fout die je bij de duivel kunt maken. Je kunt hem niet alleen onderschatten, maar ook overschatten. Hij is sterk, zeker. Maar Jezus Christus is sterker. Hij heeft die duivel aan het kruis al de nederlaag toegebracht en ook toen Hij opstond uit de dood. De duivel dacht het gewonnen te hebben, maar hij moest toen juist het onderspit delven. En nog steeds tegenover de Here Jezus.
Cruciaal is dus om die strijd tegen de duivel met Jezus en door Jezus aan te gaan. Want met Hem kunnen we de strijd met de tegenstander aan, dat duel met duivel. Beter gezegd: dan kan Hij, die in ons woont, die strijd aan.

Paulus maakt het nog een beetje aanschouwelijker. Hij zegt: ‘Neem de wapens van God op.’ Het is een hele wapenrusting zelfs, van verschillende wapens. En ongetwijfeld dacht hij daarbij aan zo’n Romeinse legioensoldaat. U weet wel: harnas om, groot schild voor, helm op het hoofd en een scherp zwaard. Dat is een beeld, een heel aanschouwelijk voorbeeld.
En het mooiste daarbij is, dat het een wapenrusting is die God geeft. We hoeven hem zelf niet te smeden en in elkaar te zetten. Dan werd het ook niks. Wij zijn daarin veel te onhandig en ook veel te eigenwijs. Nee, die wapenrusting is al helemaal klaar, door God gemaakt en Hij biedt hem aan. Je hoeft hem alleen maar aan te trekken. De riem van de waarheid. Tegenover de leugen van de duivel. De gerechtigheid als harnas, als borstpantser, tegenover het onrecht en de oneerlijkheid. De sandalen, de schoenen om het Evangelie van de vrede te brengen. Om daar voor te gaan, je voor in te zetten. Het Evangelie van de vrede tegenover de duivelse boodschap van haat en wanhoop. Het schild van het geloof tegenover al die aanvallen van de duivel, al z’n twijfels, trucs en verleidingen. De helm van de verlossing, van de redding tegenover de ondergang die de duivel wil. Het zwaard van de Geest, oftewel het Woord van God tegenover al die verzinsels van de boze.

Ja, dat zwaard is het enige aanvalswapen in die wapenrusting. We kunnen de duivel en z’n aanvallen bestrijden met het Woord van God, dat elders een tweesnijdend zwaard wordt genoemd. Door daarmee in de tegenaanval te gaan tegen de duivel en z’n trawanten. Door te vertrouwen op Gods vaste beloften in de Bijbel, tegen alle aanvechtingen in. Door ons te laten leiden door Gods goede geboden, waar we wel bij varen, in plaats van de chaos en de ondergang tegemoet te gaan, waar de duivel op uit is.
Gods Woord als zwaard, als aanvalswapen, gebruiken tegen de Boze. Zoals Jezus zelf ook deed, toen de duivel Hem verzocht, Hem aanviel in de woestijn. Jezus plaatste toen tot drie keer toe een tegenaanval met Gods eigen woord. En daar had die duivel uiteindelijk niet van terug. Onze Heer is ons ook hierin voorgegaan, gemeente. Ja, dan moeten we dat wapen van het Woord wel kennen, eruit lezen, ermee leven, het gebruiken…

Dus, heeft u, heb jij, die wapenrusting al aan? Zit goed hè?! Zit als gegoten! Anders moet je ‘m maar gauw gaan aantrekken. En je bent ook echt niet de enige. Nee, het is een heel leger. Kijk maar om je heen. Jonge en oude soldaten van de Here Jezus. Zijn liefdesleger, zoals iemand dat noemde. Bereid om voor Zijn liefde en gerechtigheid te strijden, toch? Ook anno 2024, in dat duel met de duivel.

Laten we daarbij trouwens één heel belangrijk wapen niet vergeten. Daar schrijft Paulus over in de resterende verzen van ons tekstgedeelte, vanaf vers 18. Misschien mag je dat het geheime wapen noemen. Het gebed. Daar kan de duivel heel slecht tegen. Als mensen gaan bidden. Want daarmee zoeken ze de verbinding met het commandocentrum boven, met de Here Jezus Christus, daarmee staan ze open voor de kracht van de Heilige Geest. Of zoals Paulus het zo mooi schrijft in vers 10: dan ‘zoeken we onze kracht in de Heer, in de sterkte van zijn macht.’

Mooi is dat verbeeld in die elpeehoes van Petra, waar ik de preek mee begon. Hier ziet u hem.


Door de letters van de titel heen zie je een strijder, een gelovige. Hij zit op z’n knieën. De handen omhooggeheven. Een echte gebedshouding. Voor hem ligt die wapenrusting, klaar om aan te trekken. Maar hij vergeet dus dat geheime wapen van het gebed niet. En daardoor stroomt de kracht van Boven naar hem toe, verbeeld in die lichtstraal. Of zoals Paulus schrijft: dan zoek je je kracht in de Heer, in de sterkte van zijn macht.
En daar, tegen dat front, kan de duivel echt niet op. Dan slaat hij op de vlucht, met z’n spreekwoordelijke staart tussen de benen.

Ooit vertelde iemand zoiets tegen me. Het was een eerlijk verhaal. Die jongen had last van hele erge gedachten. Die hem echt tot verkeerde dingen wilden aanzetten. Elke keer kwam het weer in hem op. Hij ervoer dat echt als de duivel die hem aanviel. Hij ging toen bidden en zei: ‘Here Jezus, ik kan het niet meer aan, wilt U de strijd aangaan? Ik wil bij U horen en wilt U die duivelse gedachten wegjagen?’ En het gebeurde. Er kwam rust.

Dat betekent niet dat die rust voor altijd blijft. Nee, telkens komen er weer nieuwe situaties. Van die ‘kwade dagen’, zoals Paulus schrijft. Waar het gaat om licht of donker, goed of kwaad, recht of onrecht, waarheid of leugen, liefde of haat, verdraagzaamheid of veroordelen. We blijven ze tegenkomen: situaties van strijd. Een nieuw duel met de duivel. Inderdaad, ‘this means war!’ Maar laat één ding heel duidelijk zijn. De overwinning staat al vast! Of zoals de titel luidt van een boekje van Corrie ten Boom over occulte machten: ‘Verslagen vijanden.’ En zo is het. En dat geeft hoop en moed voor al die duels die nog zullen volgen. Dank zij U, Here Jezus Christus! Amen.

zingen           Lied 727:1,3,5,6,9,10 ‘Voor alle heiligen in de heerlijkheid’

dankgebed en voorbeden

collectemoment

zingen           Lied 801:1,6,7,8 ‘Door de nacht van strijd en zorgen’

zegen