orgelspel en zang cantorij

Christ unser Herr, zum Jordan kann van Dietrich Buxtehude (orgel)

Christ unser Herr, zum Jordan kam van Melchior Franck (cantorij)

Christ, unser Herr zum Jordan kam,
nach seines Vaters Willen.
von Sankt Johann die Taufe nahm,
sein Werk und Amt zu erfüllen.
Da wollt er stiften uns ein Bad,
zu waschen uns von Sünden,
ersäufen auch den bittern Tod,
durch sein selbst Blut und Wunden.
Es galt ein neues Leben.

welkom en mededelingen

aanvangslied          Psalm 8:1 Heer, onze Heer, hoe heerlijk en verheven 

stil gebed 

votum en groet

openingstekst         Bij de profeet Jesaja horen we de Here God zeggen: ‘Hier is mijn dienaar, hem zal Ik steunen, in hem vind ik vreugde.’ (Jesaja 42:1a)

zingen           Psalm 8:2 (gezamenlijk), 3 (cantorij) en 6 (gezamenlijk) Wel doet de hemel hoog uw glorie blinken  

de dopelingen worden binnengebracht

lezing doopformulier en gebed 

beantwoorden van de doopvragen

zingen kinderlied   Hemelhoog 54 Mijn zegen krijg je mee 

kindermoment

Mooi lied hè, dat lied dat we zojuist zongen: ‘De aarde is weer droog, er is een nieuw begin (…) En kijk, de regenboog, Ik blijf je altijd trouw.’ Over welk bijbelverhaal gaat het daar? Over Noach en de aarde die onder water stond, en toen ging het water weer zakken. Er kwam een nieuw begin. En God zette toen de regenboog in de lucht. Zien jullie hier in de kerk een vogel die ook met dat bijbelverhaal te maken heeft?
Inderdaad, daar bij het doopvont.


Het is een duif. De duif van Noach. De doop zegt ook: Ik maak een nieuw begin. Ik blijf je altijd trouw.
En waar doet die duif nog meer aan denken? Aan welk ander bijbelverhaal? Ook met water? Aan de doop van Jezus in de Jordaan! Toen kwam er een duif op Hem. Niet zomaar een duif. Nee, het was de Heilige Geest, in de vorm van een duif.
De doop vertelt dat ook: God is bij je. Want de Heilige Geest is Zijn Geest, dat is eigenlijk de Here God op z’n dichtst bij. In je. Net zoals je je adem voelt. Voelt maar, hier? Dichtbij hè? Zo dichtbij is God door zijn Geest.
En dat zegt Hij vanmorgen ook in de doop tegen Reza en Lukas, laten we daar nu naar gaan kijken, heel stil en eerbiedig…

bediening van de Heilige Doop  aan Reza Krijn Evert Hage (Psalm 27:1) en Lukas Rafaël Westrate (Psalm 40:6)

zingen (staande)      Psalm 134:3 Uit Sion, aan de Heer gewijd 

vraag aan gemeente

de doopkaarten worden overhandigd en de doopkaarsen aangestoken door de ouderling van dienst Jan de Graaf

de dopelingen worden weggebracht en kinderen (groep 1-6) gaan naar de kindernevendienst

dankgebed en gebed om de verlichting met de Heilige Geest

schriftlezing   Matteüs 3:13-17

zingen           Lied 524 1 (gezamenlijk), 2 (vrouwen), 3 (mannen), 4 (cantorij), 5 (gezamenlijk) Nu Gij de doop ontvangt in de Jordaan

tekstlezing   ‘Zodra Jezus gedoopt was en uit het water omhoogkwam, opende de hemel zich voor Hem en zag Hij hoe de Geest van God als een duif op Hem neerdaalde. En uit de hemel klonk een stem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in Hem vind Ik vreugde.’’ (Matteüs 3:15,16)

verkondiging          thema: De doop: vol van Vader, Zoon en Geest  

Gemeente van Jezus Christus, René en Annelous, Izak en Leanne,

Talloze keren ben ik er als student en beginnend predikant langsgelopen: het doopvont in de kapel van het vroegere seminarie. Een stenen doopvont was het, eenvoudig, robuust. Eigenlijk nog opvallender was de plaats ervan. Níet vooraan, zoals hier, maar bij de ingang. En niet zozeer, omdat het vooraan in de kapel een beetje krap was voor zo’n massief doopvont. Nee, dat doopvont bij de ingang van de kapel had een diepe betekenis. Namelijk dat de doop een toegang is tot de gemeente. Met een deftig woord: de doop is initiatie, oftewel inlijving. Door de doop wordt je ingelijfd bij het lichaam van Christus, dat de kerk is. Door de doop kom je daar binnen.

Vanmorgen waren we getuige van de eerste kerkgang van Reza en Lukas. Althans, als geboren mensenkind. Daarvoor zaten ze nog beschut in de buik van hun moeder. Maar vanmorgen hadden ze hun primeur als kerkganger hier. Nee, ze liepen niet zelf de kerk binnen. Ze werden de kerk ingedragen. Zo klein en afhankelijk zijn ze nog. Maar ze horen er al helemaal bij. En juist dat drukt de doop uit: de toegang tot de kerk, Gods welkom, de inlijving in het lichaam van Christus. Echt een geschenk van God, waarmee Hij zegt: ‘Jij hoort erbij. Hoe klein je nog bent. En dat blijft staan als een huis!’

Hoe mooi is het dan als je iedere keer als je naar de kerk komt dat als eerste bij de ingang ziet: in de vorm van dat doopvont.
Oké, hier staat het voorin de kerk. En daar is ook veel voor te zeggen. Maar ik hoop dan dat je er vaak naar kijkt en je er blij en dankbaar over bent: ‘Ik ben gedoopt. Ik hoor erbij. Ik ben namelijk ingelijfd in dat lichaam van Christus.’

Het doopvont bij de ingang zie je trouwens in veel meer kerken. Let er maar eens op als je zo’n monumentale kerk binnenloopt tijdens een stedentrip bijvoorbeeld. Mirjam en ik hadden dat nog tijdens de herfstvakantie in Lissabon. Het betrof een klein kerkje, ergens bovenop één van de heuvels van de stad. We konden het niet laten om naar binnen gaan. En ja hoor, ook hier was bij de ingang het doopvont gepositioneerd. Hier zie je het:


Een rond stenen doopvont, afgesloten met houten deksel, dat er afgehaald wordt als het doopvont gevuld wordt en er gedoopt wordt. Mijn oog viel al snel op het beeld erboven: een bekende voorstelling in oude christelijke kunst. ‘Genadestoel’ is de naam van die voorstelling. Je ziet inderdaad Iemand zitten: God de Vader, gekroond, eerbiedwaardig. Voor Hem Zijn Zoon, Christus Jezus, hier als de Gekruisigde. Tussen de Vader en de Zoon zie je een duif neerdalen: oftewel de Heilige Geest. In één beeld Vader, Zoon en Geest, de Drie-enige. Die drie bloemen in die ene vaas ernaast lijken dat ook te symboliseren.

Maar het meest ontroerde mij dat deze genadestoel boven het doopvont staat. Alsof die zeggen wil: in de doop word je deze genade aangeboden. En daar is de hele godheid bij betrokken: Vader, Zoon en Heilige Geest, de Drie-enige. Hoe vol, hoe rijk, hoe diep wil je het hebben?!

Ook bij Jezus’ doop is de hele godheid betrokken: Vader, Zoon en Geest. En over beeld gesproken: in onze tekst wordt dat heel beeldend verteld. In de oorspronkelijke taal wordt er twee keer gezegd: ‘En zie’. Met andere woorden: ‘Kijk, let op, wat er gebeurt! En Matteüs schrijft expliciet dat Jezus zelf Gods Geest op Hem ziet neerdalen als een duif. Jezus die omhoog komt, nog druipend van het water, de geopende hemel, die duif die op Jezus neerdaalt, die stem uit de hemel. De beelden buitelen over elkaar heen.

Ja, Jezus is gedoopt. Niet als iets wat Hem overkwam. Nee, heel bewust ondergaat Hij dat. Ons gedeelte begint met dat Jezus naar de Jordaan is gekomen óm door Johannes gedoopt te worden. Letterlijk staat er zelfs Jezus ‘trad aan.’ Het is zijn intrede, zijn begin als Messias. Maar daarvoor moet Hij eerst gedoopt worden. Jezus voegt zich in de rij van mensen die daar door Johannes gedoopt worden, die die doop van schuldbelijdenis en bekering ondergaan. De doop als reiniging en vernieuwing.
Maar Johannes weigert: ‘No way, Jezus! Dit is de omgekeerde wereld. Ik moet juist door U gedoopt worden! U bent de Koning, ik slechts uw heraut. U zult met vuur en de Heilige Geest dopen, ik louter met water…’
Maar Jezus is beslist: ‘Toch moet je het doen, Johannes: Mij dopen. Want zo dienen wij de gerechtigheid te vervullen.’
‘Gerechtigheid’, echt een kernwoord in de Bijbel. We hadden het ook tijdens het doopgesprek over dat woord ‘gerechtigheid’, dat jullie dat ook aansprak. Het komt ook terug in die bekende oproep van Jezus in de Bergrede: ‘Zoek eerst het Koninkrijk van God en zijn gerechtigheid.’ Met andere woorden: die gerechtigheid hoort helemaal bij het Koninkrijk van God, bij Zijn heerschappij, bij Gods nieuwe wereld. En inderdaad, Johannes: dat is de omgekeerde wereld. In Gods koninkrijk gaan de dingen op z’n kop. Het is niet steeds hoger, steeds meer, steeds meer ik. Nee, het is juist naar beneden, het is de weg van de vernedering. Dat is de stijl van het Koninkrijk van God. Dat is zijn gerechtigheid. En die wil Jezus helemaal vervullen. Daarom wil Hij gedoopt worden. Afdalen in de Jordaan.  Net als de andere mensen ondergaan in datzelfde afwaswater van de doop. Zo identificeert Hij zich met ons, deelt Hij ons bestaan. Ons gebroken, ons zondige bestaan. Hier zie je eigenlijk al wat Jezus op ultieme wijze aan het kruis zal doen: als Hij al die zonden van ons, heel ons tekort, al ons kwaad op zich zal nemen, plaatsvervangend.

Snap je nu dat in dat beeld van die genadestoel bij dat doopvont in die kerk in Lissabon Jezus als de Gekruisigde is afgebeeld. Hier is die nog meer ingezoomd…
Gedoopt worden betekent verbonden worden aan deze gekruisigde Heer. Of zoals Paulus schrijft in Romeinen 6: gedoopt worden in zijn dood. En zo delen in de genade, die Christus zo verworven heeft.

Tijdens het doopgesprek lazen we een gedeelte uit een doopbrief van Bonhoeffer aan zijn petekind. Bonhoeffer schrijft daarin: ‘Je wordt vandaag gedoopt tot christen.’ Dat is doel van de doop. En christen betekent ‘van Christus zijn’. Daarvoor zijn ook Reza en Luuk gedoopt, en jij, en u. En als je niet gedoopt bent, hoop ik dat dat eens gebeuren gaat, dat je ernaar gaat verlangen: gedoopt tot christen, gedoopt om van Christus te zijn, om onlosmakelijk met Hem verbonden te zijn.
Dus ook bij zijn weg, bij de gerechtigheid die Jezus heeft vervuld en schenkt. De weg dus van Gods koninkrijk, de stijl van zijn nieuwe wereld. De omgekeerde wereld dus. De weg naar beneden, de weg van de minste kunnen zijn, de weg van het kruis. Een kruis door je eigen ego, een kruis door wat haaks staat op Gods nieuwe wereld, een kruis door wat anderen, door wat Gods schepping schaadt. Of zoals Jezus het zelf zei: ‘Wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf en neme zijn kruis op zich.’
De echo hiervan klonk vanmorgen ook in het gebed uit het doopformulier: dat de dopelingen waarachtig geloof, vaste hoop en vurige liefde zullen ontvangen, God zullen vertrouwen en (dan komt het:) hun kruis opgewekt zullen dragen.
Weet je, altijd als ik dat bid, raakt het me: ‘opgewekt hun kruis dragen.’ ‘Vrolijk’, staat er zelfs in de klassieke versie. Uiteindelijk is het geen triest, neerslachtig en chagrijnig gebeuren: Jezus volgen, jezelf verloochenen, dat kruis dragen. Nee, je mag het vrolijk en opgewekt doen. Waarom? Omdat Hij, met Wie je verbonden bent door je doop, opgewekt is, en je Hem volgt. Iets vrolijkers, iets vreugdevollers is er niet! Of zien mensen bij ons wat anders dan…?

Als Jezus gedoopt is, komt Hij omhoog uit het water. Niet alleen z’n ondergang, z’n kruisdood, wordt in de doop uitgebeeld, maar ook z’n opgang, z’n opstanding. Het hoort allebei bij die gerechtigheid die Hij vervult…
En dan opent zich de hemel. Van boven daalt een duif neer. De Heilige Geest in de gedaante van een duif.
Veelzeggend. Een duif komen we eerder in de Bijbel tegen, in relatie tot het water. We hoorden het al bij het kindermoment. Het is één van de doopverhalen van het Oude Testament zeg maar: de zondvloed. Als de Here God de aarde schoonwast van al die verschrikkelijke ongerechtigheid, die zich opgehoopt had. Maar als dan dat oordeel voorbij is, het water weer gaat zakken, laat Noach uit de ark een duif los. De duif die terugkeert met een takje in z’n snavel. Teken dat het oordeel voorbij is, dat er weer leven is. De vredesduif.
In die gedaante daalt de Heilige Geest nu op Jezus neer. Omdat Hij het oordeel zal dragen en zal wegdragen. Omdat in Hem die vrede, die genade van God te vinden en te krijgen is. De Geest wijst het nu aan. Jezus ziet het, ervaart het. Zoals de Geest ook bij ons niets liever doet: Jezus aanwijzen, Jezus aanprijzen, de schijnwerper op Hem richten. Zie je het, zie je Hem?

Vanuit de hemel volgt dan de ondertiteling zeg maar. Er klinkt namelijk een stem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in Hem vind Ik vreugde.’ Het is de stem van God. En in die hemelse ondertiteling bij dit gebeuren resoneren woorden van de profeet Jesaja. We begonnen er de dienst mee. Woorden over de lijdende knecht van de Heer, de verwachte Messias. Nu worden ze vervuld, in Jezus. God noemt Hem Zijn geliefde Zoon, waarin Hij vreugde vindt. Letterlijk staat er: ‘In Wie Ik een welbehagen vind.’ Eigenlijk vind ik dat nog mooier. Welbehagen klinkt misschien een beetje ouderwets, maar het is zo’n prachtig, geladen woord. Ergens behagen in hebben is al positief, maar een wel-behagen is dubbelpositief. Het is de ongekende positiviteit van Gods liefde. De liefde van de Vader, die Hij heeft voor Zijn Zoon. En de Zoon voor de Vader. En de liefdesband tussen beiden die de Geest is.
En weet je wat nu zo gaaf is? Dat God ons in die liefde laat delen! De engelen lieten het al horen in die kerstnacht: ‘Eer voor God in de hoge. Vrede op aarde. In de mensen een welbehagen.’ Dankzij de geboren Heiland, de Zoon die gekomen is, die de weg van de vernedering is gegaan. Tot aan het kruis.
En daarom kijken we nog één keer naar die genadestoel, de ingezoomde versie zeg maar:


Zie je het? Die liefde tussen Vader, Zoon en Geest? Zie je hoe de Vader z’n Zoon aanbiedt, z’n liefste en diepste genade? Je mag er in delen! Als je je bij Jezus voegt, als je je hand in die van Hem legt, als je  Hem omarmt, in geloof en toewijding.
Dan mag je delen in dat welbehagen van God, hetzelfde welbehagen dat Hij voor zijn Zoon heeft. Dan mag je die genade ontvangen. En die is genoeg, schrijft Paulus in één van zijn brieven.

Ik sprak afgelopen week een man. Hij had in z’n leven veel tegenwerking gekregen. Omdat hij een belangrijke positie kreeg, riep dat jaloezie op, en omdat hij niet van hier kwam, vonden mensen hem stug. Ze gingen zelfs een handtekeningenactie tegen hem voeren. Met tranen in z’n ogen zei hij tegen me ‘Ik werd eigenlijk nooit geaccepteerd.’ Erg is dat. Als mensen je niet accepteren, om welke reden dan ook, een reden waar je misschien wel niets aan kunt doen. Misschien herken je dat. Kijk dan naar Jezus, daar in dat doopwater, waar Hij zich helemaal identificeert met ons mensen, waarin Hij naast ons komt staan en alles van ons draagt en daarmee kopje onder gaat. Kijk dan naar dat doopvont, waar God zelf zich aan jou verbonden heeft. De doop die een genadestoel is, waar je in mag rusten, waar je die diepste acceptatie vindt, waar je op mag terugvallen, waar je altijd een beroep mag doen op Gods beloften, die vast en zeker zijn.

Ja, zoals bij de doop van Jezus de hele godheid betrokken is, zo is dat ook bij onze eigen doop: gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. ‘In naam van’ wil zeggen in de richting van, met het oog op.
Om nooit te vergeten, om je telkens weer te binnen te brengen: ‘Ik ben gedoopt in de richting van de Vader, die belooft dat Hij altijd mijn genadige Vader wil zijn.
Ik ben gedoopt in de richting van de Zoon, Jezus Christus, die mij belooft dat Hij mij reinigt van mijn zonden en dat Hij mijn Heer en Redder wil zijn. Met Hem mag ik opstaan in een nieuw leven. De weg achter Hem aan.
Ik ben gedoopt in richting van de Heilige Geest, die mij belooft dat Hij in mij wil wonen en mij zal helpen om Gods genade eigen te maken. Die me helpt te geloven, hopen en liefhebben.’

Daarom: lof zij U, Vader, Zoon en Heilige Geest. Van nu aan tot in eeuwigheid. Amen

muzikaal meditatief moment      de cantorij zingt deel 1 uit Gloria van Antonio Vivaldi: ‘Gloria in excelcis Deo – Eer aan God in den hoge.’

zingen           Lied 705:1,2 (gezamenlijk), 3 (cantorij), 4 (gezamenlijk) Ere zij aan God de Vader

dankgebed en voorbeden 

collectemoment   toegelicht door diaken van dienst. De cantorij zingt The Lord bless you and keep you van John Rutter:

The Lord bless you and keep you, the Lord make His face to shine upon you, to shine upon you and be gracious and be gracious unto you.
The Lord lift up the light of His countenance upon you. The Lord lift up the light of His countenance upon you, and give you peace, amen.

zingen Hemelhoog 472 Ga nu heen in vrede   

zegen

uitleidend orgelspel Christ unser Herr, zum Jordan kam, BWV 684 van Johann Sebastian Bach