muziek Musica pro Deo O praise the Lord van Adrian Batten (1591-1637)
welkom en mededelingen
zingen Psalm 33:1 (allen), 2 (cantorij) en 8 (allen)
stil gebed
votum en groet
aanvangstekst ‘Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de HEER van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.’ (Micha 6:8)
zingen Lied 992 Wat vraagt de Heer nog meer van ons? (1 cantorij, 2 vrouwen, 3 mannen en 4 gezamenlijk)
gebed om de verlichting met de Heilige Geest
schriftlezing Efeziërs 6:10-20
zingen Lied 727:1, 2 (allen), 3 (mannen), 4 (vrouwen), 5 (cantorij), 6 en 10 (allen) Voor alle heiligen
verkondiging Glas 1 ‘De vrijheid van Consciëntie’, en dan met name het linkermiddengedeelte van het glas. Thema: ‘In het spoor van de deugden’.
Gemeente van Jezus Christus,
Glas 1 is een prachtig glas.
Afgelopen vrijdag was ik hier nog in de kerk bij het Gouwe Moment. Daarna heb ik me nog even staan vergapen aan dit glas helemaal aan de andere kant, bijna 120 meter verderop dus, onder de toren, rechts… De imposante afmetingen, de schilderingen zelf, met zoveel zwier, kleur en symboliek.
Over dat laatste gesproken. De symbolische betekenis wordt uit de doeken gedaan in de benedenrand.
Daar vind je de ondertiteling zeg maar. Die is zelfs op rijm. De laatste regel luidt: ‘De landen zijn gelukkig daar de deugden regeeren.’ Met andere woorden: als de deugden het voor het zeggen hebben, gaat het een land goed, leidt dat tot welzijn en stabiliteit.
Op het glas is dat aanstekelijk voorgesteld.
De zegewagen met de gewetensvrijheid en de bescherming van het geloof zusterlijk naast elkaar, die wordt voortgetrokken door vijf deugden. Deze worden afgebeeld als vijf bekoorlijke vrouwen. Dus wil die gewetensvrijheid bewaard blijven en het geloof beschermd, dan moet je gaan in het spoor van die deugden.
Die deugden hebben letterlijk het voortouw. Via banderollen, oftewel tekstbanden, wordt duidelijk welke deugden hier afgebeeld zijn. Helemaal links de liefde.
Aan haar rokken hangen twee cupido’s, oftewel liefdesengeltjes. Maar het betreft hier niet eros, maar agapè, oftewel de liefde die er niet op uit is om te krijgen, maar juist om te geven. De liefde die dus op de ander gericht is, de ander met een hoofdletter en een kleine letter. Die liefde is dus de eerste in de rij van de deugden. ‘De meeste van deze is de liefde’…
Rechts naast de liefde staat de deugd van de gerechtigheid.
Ze is deels achter de liefde verscholen, maar we zien dat ze een zwaard vasthoudt. Dan denk je toch onwillekeurig aan Salomo, die ooit bij een complexe rechtszaak, een zwaard liet brengen, om zo te achterhalen wie de echte moeder van dat levende kind was… Salomo, de wijze en rechtvaardige koning, die verder keek dan het uiterlijk, die ook luisterde achter de woorden. Zo is de gerechtigheid bedoeld: eerlijk, rechtvaardig en dicht tegen de liefde aan.
De deugd in het midden is die van de eendracht, oftewel de eenheid. Tekenend dat die in het midden staat, want de eenheid houdt graag iedereen vast, die zoekt niet naar wat scheidt, maar naar wat bindt, naar wat verbindt.
Daar weer rechts van is de getrouwheid. Aan haar voeten ligt een hond, symbool van trouw. Dat hoef ik de hondenbezitters en -liefhebbers hier niet verder uit te leggen toch? ‘Trouw moet blijken’ zegt een oud gezegde. Ja, de omgang tussen mensen – met al wat leeft trouwens – kan geen voortgang hebben zonder daadwerkelijke trouw. Waar trouw ontbreekt, slaat de chaos toe. Daarom is ook deze deugd onontbeerlijk.
De vijfde en laatste in de rij is de deugd van de standvastigheid, oftewel de volharding. Begrijpelijk dat ze dichtbij de trouw is, en dat deze twee deugden elkaar op het glas ook innig lijken aan te kijken. Als je trouw bent, ben je standvastig. En als je volhardt dan blijf je trouw, aan de zaak, aan de ander, aan de liefde, de gerechtigheid en de eenheid.
Kortom: die deugden zijn een onlosmakelijk geheel. Met elkaar trekken ze de zegewagen van de vrijheid voort. Ware vrijheid gaat niet ten koste van anderen, die is niet tiranniek, maar die is dienstbaar, aan de liefde, de gerechtigheid en de eenheid – trouw en standvastig.
Gelukkig het land waar de deugden regeren… Ja, als deze deugden het toch eens voor het zeggen zouden hebben in onze samenleving, in de kerk, in ons eigen leven… Ariaan Baan schreef een mooi boek over de deugden: ‘Virtuoos leven’, luidt de titel. Een mooie woordspeling met het Engelse woord voor deugd: virtue. De ondertitel is al net zo sprekend: ‘zeven deugden om goed te leven in een doorgedraaide wereld.’
Ja, deze wereld draait helaas regelmatig helemaal door, omdat het dan alleen om de eigen as draait. Egocentrisme in plaats van liefde, onrecht en oneerlijkheid in plaats van gerechtigheid, polarisatie in plaats van eenheid, ontrouw en onwaarachtigheid in plaats van trouw; wispelturigheid in plaats van standvastigheid.
Wat zijn die deugden dan nodig voor een goed leven, niet alleen voor jezelf, maar voor ieder ander. Wat is het wezenlijk om zo evenwichtig te blijven in zo’n doorgedraaide wereld. Om in het spoor van die deugden te gaan.
Als je in het spoor van iets gaat, dan betekent dit dat dat spoor er al ligt. Zo is dat met die deugden ook. Die zijn er al. Die hoef je niet zelf te fabriceren, uit jezelf te peuren. Nee, die deugden zijn boven alles geschenken van God.
Neem die wapenrusting uit Efeze 6: al die deugden, die daar genoemd worden, die daar als wapens getypeerd worden. Die je echt nodig hebt om staande te blijven in het strijdperk van het leven, in de geestelijke strijd die daar gaande is. Maar dat zijn geen wapens die we zelf moeten smeden. Nee, Paulus schrijft expliciet dat het de wapenrusting van God is. Jij hoeft alleen die wapenrusting aan te trekken, die wapens ter hand te nemen. Maar ze komen dus uit Gods smederij. Die deugden zijn geschenken van God.
Kijk, ook glas 1 hangt hier in de kerk. Natuurlijk, het heeft een politieke betekenis. Toen in 1596, midden in de Tachtigjarige Oorlog, en nu, met z’n pleidooi voor een samenleving waar gewetensvrijheid moet zijn, waar het geloof beschermd wordt, waar alles wat riekt naar dwang, naar onderdrukking, naar discriminatie, naar minachting van minderheden, overwonnen moet worden.
Maar het glas heeft zeker ook een religieuze, een gelovige betekenis.
Niet voor niets heeft die vrijheid van consciëntie in de zegewagen haar hand op de bijbel. En niet voor niets kijkt een aantal van die deugden op het glas naar boven. Ze hebben namelijk alles met Boven, met de Allerhoogste te maken.
Sterker nog: al die deugden zijn ten diepste ook eigenschappen van God zelf. Neem de liefde. ‘God is liefde’, lezen we meermalen in de Bijbel. Zo is zijn aard. God kan dus niet anders dan liefhebben, dan zichzelf geven, wat op ultieme wijze duidelijk is geworden in de gave van zijn Enige Zoon: Jezus Christus.
En God is rechtvaardig. Hij doet recht. Hij is de Rechter in het licht verheven, die ook onze Redder is en ons in Christus rechtvaardig verklaart. God is de Ene, de Drie-enige. De eenheid van de kerk, de eenheid van het geloof, onze eenheid, lieve mensen, is juist in Hem gegrond. En God is trouw. ‘…Die trouw houdt tot in eeuwigheid’, klinkt iedere kerkdienst aan het begin, als het Evangelie in een notendop. Of zoals de rabbijnen me leerden: het Hebreeuwse woord voor trouw is ‘emet’. Dat woord bevat de eerste letter van het Hebreeuwse alfabet, maar ook de middelste en de laatste letter. Dus alles wat er ten diepste gezegd kan worden zit in de trouw van God. En Hij is standvastig. Niet voor niets is een veelgebruikte metafoor voor God dat Hij een rots is: standvastig, steady, het fundament van ons bestaan. En in het Nieuwe Testament luidt één van de Godsnamen: ‘De God van de volharding.’
Dus hoe kunnen wij in dat spoor van die deugden gaan, gemeente? Door met de Bron van die deugden om te gaan: de Here God. Door ons met zijn Woord te voeden. Door de band met Hem te onderhouden in ons gebed. Het is de hand waardoor we die geschenken, die die deugden zijn, ontvangen. Om ze ook te beoefenen. Want laten we wel wezen: geschenken zijn er om uitgepakt te worden. Die deugden moeten wel beoefend worden, in de praktijk gebracht, in het alledaagse leven.
Kijk, in die zin is het tekenend dat die deugden op het glas als mensen afgebeeld zijn. Het gaat erom dat die deugden in ons bestaan gestalte krijgen, in de praktijk gebracht worden.
Mag ik het nog wat concreter maken door voor die vijf deugden vijf concrete mensen aan u voor te stellen, in wie ik die specifieke deugd terugzie? Hele gewone mensen, zoals u, jij en ik.
Bij de liefde denk ik aan die ene oma. Ze is niet de allersterkste. In fysieke zin dan. Maar ze heeft veel te geven. Aan liefde. Aan haar kleinkinderen bijvoorbeeld. Die kleinkinderen hebben allemaal hun rugzak zeg maar. Maar oma heeft ze onvoorwaardelijk lief. Ze kunnen altijd bij haar terecht. Ook om daar te slapen als het thuis even niet gaat. Ze helpt hen met school. Ze luistert naar hen. En al die kleinkinderen zeggen: ‘Juist met oma kan ik zo goed over het geloof praten, over de Here Jezus.’ Toen één van hen belijdenis deed, was dat precies op haar verjaardag. Een mooier geschenk kon ze niet krijgen, zei ze. Sterker nog: vanaf dat moment is iedere verjaardag voor haar ook een dag die hierdoor gekleurd is. Die stap van haar kleinkind, waarbij zij een instrument mocht zijn. Zij laat zien hoe de liefde is: gevend, gunnend en vol van Jezus.
Als het gaat over de deugd van de gerechtigheid moet ik denken aan oud(kinder)rechter Ad van der Linden. Hij is een gelovig man en zo heeft ook z’n werk willen doen. Zoals hij zelf in een interview zei: ‘Mensen zijn er niet omwille van de regeltjes, maar de wet en de regels zijn er ten behoeve van de mens. (…) Je hebt de mens en de daden van de mens. Die daden mag je veroordelen. Daar is de Bijbel ook duidelijk over. Maar de mens, dat is aan God. Ik heb altijd geprobeerd te kijken als door de ogen van Jezus, en geprobeerd te luisteren als door zijn oren. Dat lukt niet altijd, en je denkt er niet altijd aan; maar het is de ondertoon geweest. (…) Ook bij het opleggen van de straf. Om daarbij onderscheid te maken tussen de jeugdige boef en wat hij gedaan heeft. Hoe kan die straf die jongen of dat meisje helpen? Zodat hij niet recidiveert (terugvalt)?’ Gerechtigheid dus, dicht tegen de liefde aan, geïnspireerd door Jezus zelf…
Bij de deugd van de eenheid dacht ik aan professor Wim Verboom, of zoals ik hem zelf kende uit mijn Waddinxveense tijd: dominee Verboom. De dominee bij wie ik als kind voor het eerst naar preken leerde luisteren. Zo eenvoudig en tegelijk diepgravend preekte hij. Kort geleden overleed hij. Hij was niet alleen een dominee die altijd hoog opgaf over Gods verbond, maar die ook zelf verbindend was. Toen hij hoogleraar werd in Leiden, was hij er daar niet alleen voor de Bonders (hoewel dat zijn eigen ligging was), maar voor alle studenten. Een collega, zeker geen Bonder, typeerde hem: ‘Altijd was hij geïnteresseerd en luisterde hij zonder oordeel naar je verhaal. Verhitte discussies onder ons studenten wist hij met één irenische en verbindende opmerking te laten afkoelen. Hij leerde dat je als dominee niet alleen oog moest hebben voor de wekelijkse kerkganger, maar ook voor diegene die één keer per jaar de benen uit het lijf liep voor de rommelmarkt of bazar.’ Eenvoud en eenheid waren hem op het lijf geschreven, daarin zag je de Heer zelf terug.
De deugd van de trouw… Dan denk ik aan onze Henk uit de Pauluskerk. Henk heeft een licht verstandelijke beperking, maar hij kent werkelijk iedereen. Het is dan ook niet vreemd dat hij in de welkomstcommissie zit. Iedere kerkganger wordt enthousiast begroet. Bij name. Maar daar blijft het niet bij. Trouw stuurt hij zelfgemaakte kaarten naar gemeenteleden, bij lief en leed. En trouw is Henk ook in zijn kerkgang. Hij is er altijd in de dienst, ’s morgens én ‘s avonds. Behalve als hij naar zijn hoogbejaarde moeder gaat in Bergambacht, maar dat komt hij me altijd netjes van tevoren melden: ‘Kees, volgende week zondag ben ik er niet, want dan ben ik bij mijn moeder.’ Welk gemeentelid meldt zich van tevoren af voor een kerkdienst? U? Jij? Henk wel. Die de deugd van de trouw beoefent, heel gewoon, zonder poeha. En zo voor mij Gods trouw weerspiegelt…
Bij de deugd van de standvastigheid komt Preetha uit India naar voren. Ze werd ernstig mishandeld omdat ze christen is. De dokters in het ziekenhuis weigerden haar alleen daarom te behandelen. Ze komt met andere christenen in het geheim samen, omdat extremistische Hindoestanen daar geen lucht van moeten krijgen. Ondanks alles staat Preetha standvastig in haar geloof. Ze zegt: ‘Ik bid de hele dag door. Ik kan niet lezen, maar ik kan wel luisteren naar het Woord van God. Mijn man leest me dagelijks uit de Bijbel voor en legt het voor me uit. Vandaag lazen we uit Hebreeën 12: ‘Houd vol, het betreft hier immers een leerschool. God behandelt u als zijn kinderen…’ Standvastig blijven, volharden in het geloof: door de God van de volharding en voor Hem. Ik dank God voor zulke voorbeelden, ook vandaag de dag.
Vijf mensen van vlees en bloed, vijf mensen zoals wij, in wie die deugden terugzien. Ik hoop dat dit ook bij u en bij jou zo is. En bij mij. Dat we met elkaar als kerk en ook persoonlijk in dat spoor zullen gaan.
Want zo zijn we bedoeld. Het is eigenlijk net als die prachtige glazen hier. Die worden vooral zo prachtig door het licht dat daar doorheen valt en de verschillende kleuren laat glanzen.
Zo mogen wij het licht van Christus, Gods deugden, ontvangen en doorgeven, ieder in onze eigen kleur. Daarom:
Christus, ons licht,
schijn door ons heen, schijn door het duister.
Christus ons licht,
schijn ook vandaag, hier in uw huis.
Amen
de cantorij zingt Tugend ist der beste Freund van Heinrich Schütz (1585-1672)
gezongen geloofsbelijdenis met Hemelhoog 344 Ik geloof dat God mijn Vader
dankgebed en voorbeden
inzameling van de gaven Tijdens de inzameling zingt de cantorij Psalm 119 Aleph und Beth van Heinrich Schütz
zingen Lied 422 Laat de woorden die we hoorden (1 allen, 2 cantorij, 3 allen)
zegen
uitleidend orgelspel Psalm 101 van Daan Manneke
0 Reacties