welkom en mededelingen 

zingen           Lied 687 ‘Wij leven van de wind’   

stil gebed

votum en groet

aanvangstekst       ‘Alles wat adem heeft, loof de HEER.’ (Psalm 150:6)

lied     Psalm 150

gebed om de verlichting met de Heilige Geest 

zingen (met combo)         Hemelhoog 617a ‘Tienduizend redenen’

kindermoment 

Hé, wat heb ik meegenomen hier. Een bal. Een voetbal. Wie kan hier goed voetballen? Hooghouden? Boris? Waarom lukt dat met deze bal niet goed? Omdat hij zacht is, voor een deel leeg. Dan kun je er ook niet goed mee voetballen. Eigenlijk heeft zo’n zachte, zo’n halflege bal weinig zin. Je zou hem zo de weggooien.
Maar wacht even. Wat heb ik hier nog meer bij me?
Een balpomp! Wat kun je daarmee doen? Dan moet dit slangetje met het uiteinde, ja waarin? In het ventiel van de bal. Kijk zo, en dan pompen. En dan wordt-ie harder. Dan wordt het weer een echte voetbal. Die stuitert. Waar je lekker mee kunt voetballen, een pass kunt geven, of een goede kopbal.

Wij mensen lijken best wel eens een beetje op zo’n lege bal. Als we verdrietig zijn, als we fouten hebben gemaakt, als we ruzie hebben met andere kinderen. Dan voelen we leeg, dan denken we: wat stelt het allemaal nog voor?
Maar gelukkig is de Heilige Geest die ons weer vol wil maken. Vol van Jezus’ liefde. Hij leert ons weer te vertrouwen, te vergeven, opnieuw te beginnen. Hij troost ons. Vol van Hem. Dat noem je vervulling met de Heilige Geest.
Waar je dat aan kunt merken? Als je van Jezus houdt. Als je goed wil doen. Als je bij de kerk wil horen, want geloven in je eentje is knap lastig. Dan wil je meedoen. Meedoen met Jezus, met anderen die geloven, net als die bal die weer vol is, ook weer kan meedoen.

Nou, Myrthe wil ook meedoen. Ze wil bij Jezus horen en bij zijn kerk. En dat gaat ze vanmorgen ook zeggen en beloven. Als ze belijdenis gaat doen. Als ze ‘ja’ gaat zeggen tegen God. Als ze daarmee zegt dat ze van Jezus houdt en bij Hem en de kerk wil horen. Dat mogen jullie straks ook meemaken, want dat wil je toch niet missen?! Myrthe zelf vindt het ook heel fijn als jullie daar straks bij zijn. Toch? Voor nu een goede kindernevendienst, en tot straks.

schriftlezing                        Handelingen 2:1-11 en Efeziërs 5:14-20 (Bijbel in Taal) door respectievelijk dominee en Marianne Luiten

zingen (met combo)         Hemelhoog 221 ‘De wind steekt op’

tekstlezing   ‘Laat de Heilige Geest je van binnen vullen. Zing liederen voor elkaar, liederen om God te eren. Ja, zing alle liederen die de heilige Geest je laat zingen. Zing en juich voor de Heer met heel je hart!’ (Efeziërs 5:18b-19

verkondiging  Thema: ‘vol van de Heilige Geest’

Gemeente van Jezus Christus, Myrthe,

Er waren eens zeven bomen,
zeven bomen in een kring,
met nog een kleine boom in het midden.
een mooie groene vergadering.

Toen zei de kleinste boom in het midden:
‘Ik zou de wind wel eens willen zien.
Is hij groot of klein, met armen en benen,
of een stam zoals wij misschien?’

Toen zeiden de andere bomen,
die zeven van de buitenkant:
‘De wind is gekomen en weer verdwenen,
hij heeft geen lijf, geen mond en geen hand.’

Dat kon de middelste niet geloven:
‘Hoe weet je dan dat de wind bestaat,
als niemand hem ziet of aan kan raken,
hoe weet je dan dat hij komt en gaat?’

Toen riepen die zeven allemaal samen,
die hele groene vergadering:
‘Daar is hij al. ook jij zult hem voelen
in het binnenste hart van de kring.’

En de vragende boom in de kring van zeven
kreeg een antwoord van wuivend, ruisend groen:
‘Al kun je de wind niet zien of grijpen,
je kunt wel zien wat de wind komt doen.’

Aldus Inge Lievaart in haar gedicht Van een boom die de wind wou zien. In kleine lettertjes heeft onder de titel geschreven: ‘een parabel voor de pinkstertijd.’ Parabel betekent gelijkenis. Het gedicht is een gelijkenis over Pinksteren, over de Heilige Geest. En herkenbaar toch? Ik hoor nog wel eens: ‘Pinksteren vind ik zo’n vaag feest. Die Heilige Geest, wie of wat is dat precies? Je kunt ‘m toch niet zien?!’
Dat klopt. Maar de wind kun je ook niet zien. De wind zelf. Je kunt ‘m wel voelen. De wind door je haren. Tegenwind als je fietst. En je kunt ook zien wat de wind komt doen: aan bladeren die gaan ruisen, aan golven die opgezweept worden, aan een windmolen die draait.
Zo is het ook met de Heilige Geest. Die kun je zelf inderdaad niet zien. Maar je kunt ‘m wel ervaren. En je kunt zien wat de Heilige Geest doet, wat-ie veroorzaakt.

Kijk maar eens naar Myrthe. Heb je haar zien stralen? ‘Ik heb zo’n zin in zondag!’ Hoe vaak heeft ze dat de afgelopen dagen niet gezegd. Zin om hier in de kerk te zeggen dat ze van Jezus houdt en dat ze bij zijn kerk wil horen. En dat iedereen dat mag horen. Daar is ze zo enthousiast over. Dat komt ook door de Heilige Geest. Daar ben ik van overtuigd. Wist je trouwens dat dat woord enthousiast afgeleid is van twee Griekse woordjes: ‘en’ en ‘theos’, oftewel: ‘in’ en ‘God’. Letterlijk betekent ‘enthousiast’ dus ‘God in je’! Nou, dat is de Heilige Geest: God in je. Dichterbij kan niet. En dan word je, dan ben je enthousiast. Dan stroomt je hart vol van liefde, dan word je vriendelijk, dan heb je een ruim hart voor anderen, dan ben je gek op Jezus, als ik het zo mag zeggen. En dat mogen anderen ook weten.

Het was vorig jaar in Doorn. Ik mocht daar op de Vakantieweek voor ouderen het avondmaal bedienen. Myrthe was mee. Toen we het avondmaal vierden, – ook met mensen die al zo lang niet meer naar de kerk kunnen, door hun beperkingen, maar nu kwam de kerk naar hen, nu mochten ze bij brood en wijn vieren hoe goed God is, hoe verrukkelijk de genade van Jezus is; en je zag gewoon hoe mensen daar van genoten, van opleefden, er diep door geraakt werden – toen zei Myrthe na afloop tegen me: ‘Pap, dit wil ik ook.’ Er was een vonk overgesprongen. En toen zijn we erover verder gaan praten en is ze belijdeniscatechisatie gaan volgen, op haar eigen niveau, bij Marianne. En vandaag is die vonk een vlam geworden, mag ze belijdenis doen, met haar ‘ja’ zeggen hoeveel ze van Jezus houdt en bij de kerk wil horen. Nou, dat alles heeft dus met de Heilige Geest te maken.

De Heilige Geest, die je zelf niet ziet, maar wel wat Hij doet. Net als in Handelingen 2, in Jeruzalem, waar de Heilige Geest wordt uitgestort. De mensen horen de discipelen vurig en begeesterd spreken over de geweldige dingen die God doet, over Jezus, en wat we door Hem krijgen en mogen zijn.

Laat die Heilige Geest ‘je van binnen vullen’, lezen we in onze tekst van vanmorgen. Eigenlijk staat er: ‘Wordt telkens weer vervuld met de Heilige Geest.’ Telkens weer? Waarom? Is één keer niet genoeg dan?
Nou, we moeten telkens weer vervuld worden, omdat we lek zijn. Het is net als met die bal uit het kindermoment. Die loopt na verloop van tijd leeg. Zo is het met ons ook, als het over die volheid van de Heilige Geest gaat.

O ja, daar kun je echt vol van zijn. Bijvoorbeeld als je belijdenis doet. Misschien weet je het nog van je eigen belijdenis. Iemand zei het van de week nog tegen me: ‘Zo’n heel seizoen belijdeniscatechisatie, daarover nadenken, daarover praten met elkaar, daar vol van zijn, toeleven naar je belijdenis, en dan de dag zelf; o dat was geweldig.’
Of je was bij een EO-Jongerendag of in Taizé, of bij een hele inspirerende conferentie, samen met anderen, zo gaaf, zo verrijkend. Of je was in een kerkdienst, waar de preek wel speciaal voor jou gehouden leek. Vol van de Geest.
‘Maar daarna…’, zei diegene die ik sprak. En hij keek er moeilijk bij. Rond die belijdenis zat hij bovenop de top van de berg, was hij er zo vol van. Maar daarna viel het tegen, sijpelde het weg.

Er kunnen gaten geprikt worden in ons bestaan zeg maar. Iemand maakt een vervelende opmerking, die je zo irriteert, dat je je laat gaan. Of je wordt zo opgeslokt door van alles en nog wat, dat het geloof in de Heer, de wil om Hem te volgen, om er voor anderen te zijn, dat dat verslapt en dat je lauw wordt.
Vol zijn van de Geest is geen automatisme, geen blijvende vanzelfsprekendheid. We moeten telkens weer vervuld worden. Goddank wil de Here God dat ook doen.  Kijk nog maar eens naar die Eerste Pinksterdag in Jeruzalem. Daar lees je dat de Heilige Geest in álle gelovigen kwam. Iedereen mag erin delen. Hij wil iedereen vervullen. U, jou en mij. Láát je je dan ook vervullen?

Hoe dan? Wat is zeg maar het slangetje waardoor de volheid van de Geest in ons komt? Dat is het gebed. Kijk, die discipelen in Jeruzalem zaten daar niet apathisch te wachten op wat gebeuren ging. Nee, ze waren daar met elkaar aan het bidden. Het gebed is het kanaal waardoor de volheid van de Geest ons leven binnenstroomt.
Onze tekst heeft het over een bijzondere manier van bidden: zingen. Let maar op: liederen zijn heel vaak gebeden. Nou, door te zingen kunnen we dus ook vol worden van de Geest.
Niet voor niets gaat het in onze tekst in één adem van de vervulling met de Heilige Geest naar het zingen van liederen: ‘Zing liederen voor elkaar, liederen om God te eren. Ja, zing alle liederen die de Heilige Geest je laat zingen. Zing en juich voor de Heer met heel je hart!’

Volgens mij heb jij dat goed begrepen, Myrthe. Als jij gewerkt hebt, op boerderij De Gouweburgh of in de winkel, het atelier of de coffee corner van Jantje zag eens pruimen hangen, dan ben je daarna best moe en ook druk in je hoofd. En wat ga je dan vaak doen, als je thuiskomt? Naar je eigen kamer, om daar muziek te luisteren en hard of zachtjes mee te zingen.
Dat merk ik dan ook. Want dan zit ik beneden in mijn studeerkamer te werken. En dat doe ik ook vaak met muziek aan, via Spotify. Maar opeens knalt er een Opwekkingslied of een lied van Sela uit mijn computerspeaker. We hebben namelijk een gezamenlijk Spotify-account thuis. Ik moet dan altijd glimlachen. En het maakt me ook gelukkig, want ik weet dat die muziek, die ‘Jezusliedjes’, zoals jij ze altijd noemt, je helpen om rust te vinden, om zo dicht bij Jezus te zijn, toch?

En Goddank zijn er zoveel liederen. Van stokoud, zoals de Psalmen – die tegelijk zo actueel, zo diep, zo eerlijk en herkenbaar zijn – tot nieuwe liederen uit het Nieuwe Liedboek, uit Taizé, van Iona, Opwekking en Sela. Een hele liederenschat, waar we dankbaar uit mogen putten.

Maar die liederen, dat zingen is niet alleen voor jezelf bedoeld. Paulus schrijft: ‘Zing voor elkaar’… Of ‘tót elkaar’, want zo mag je het ook vertalen. Zingen doe je dus niet alleen tot God, maar ook tot elkaar, en voor elkaar.
Juist ook in de kerkdienst. Het kan gebeuren dat je daar zit, en dat je je down voelt, verdrietig, alleen, diep teleurgesteld. Je kunt eigenlijk maar moeilijk zingen. En toch staan er liederen op het liedbord. Toch wordt er gezongen. Zoals altijd. Dat doen we namelijk ook voor elkaar. Als jij het om één of andere reden moeilijk vindt om te zingen, doen anderen dat voor jou. En we zingen ook tót elkaar. Om elkaar zo aan te spreken en aan te moedigen, elkaar te bemoedigen: ‘Hoor je het: God is goed, dat weet je toch?’ Of: ‘Hoe diep je ook zit, de Heer is erbij.’ Of: ‘Bij Jezus horen, heeft ook gevolgen, luister maar…’ Zo zingen we ook tot elkaar. En dan kan het zomaar gebeuren, dat je erdoor geraakt wordt, dat het in je resoneert, en dat het dan toch ook in jou gaat zingen. Misschien nog wel met tranen in de ogen of een brok in de keel, maar toch.
Zingen is niet alleen je geloof uitzingen, maar ook inzingen. Willem Barnard, één van de Liedboekdichters, zei eens: ‘Zingen is gunstmatige ademhaling.’ Door te zingen, mag je de gunst, de genade van God, inademen. Telkens weer. Probeer maar.

Nog één kanaal om vol te worden van de Geest noemt ons tekstgedeelte. Dat is dankbaarheid: ‘Jullie horen bij de Heer Jezus Christus. Daarom moeten jullie God, jullie Vader, steeds voor alles danken.’ Door te danken open je je voor Gods werkelijkheid, voor zijn zegeningen, voor het goede dat Hij geeft.
Weet je, dat hebben wij ook echt van Myrthe geleerd. Zij kan heel goed complimenten geven. En daar word je zo blij van. Ik heb wel eens dag dat ik baal, dat het niet fijn gaat en dan komt Myrthe thuis en vertelt blij dat ze goed gewerkt heeft en dat ze mooie dingen heeft gemaakt of heerlijk de stal heeft uitgemest. Ja, echt waar. Natuurlijk is zij ook wel eens verdrietig of boos. En dat uit ze ook. Heel eerlijk. Zonder filter. En dan is het ook klaar. En kijkt ze weer vooruit.
Ja, daar leer ik van. Om niet te blijven hangen in negativiteit. Om de zegeningen te tellen. Eén voor één. ‘Tienduizend redenen tot dankbaarheid’, zongen we vanmorgen. Je bent dus niet zomaar uitgeteld. Nooit eigenlijk.
Telkens weer vol worden van de Geest is dus ook steeds weer God danken. Dat is als vitamine voor ons geloof, voor onze relatie met God, met anderen, met onszelf. Vitamine D, met de D van dankbaarheid. Het helpt tegen geestelijke lekkage. Het zorgt voor een blijvend Pinksteren.

Nee, de Heilige Geest zie je niet. Maar merk je wel. Ik hoop dat anderen dat ook merken aan ons zingen, aan ons bidden, aan onze dankbaarheid, aan onze aanwezigheid, aan hoe ons geloof handen en voeten krijgt. Daarom, met de tekst van een lied, een gebed:

Geest van hierboven, leer ons geloven,
hopen, liefhebben door uw kracht!

Amen

zingen Lied 675 ‘Geest van hierboven’ (daarna naar beneden)

openbare belijdenis van het geloof en bevestiging van Myrthe van den Berg

lezen van aangepast belijdenisformulier

belijdenisvragen

zegen en belijdenistekst     Psalm 100:2,3 (Bijbel in Gewone Taal)

zingen (met combo en staande)           Hemelhoog 391 Breng ons samen’

opneming onder de belijdende leden en toelating tot het Heilig Avondmaal

vraag aan de gemeente 

toespraak door ouderling van dienst, Willemijn de Jong 

geloofsbelijdenis in eenvoudige taal

catecheet Marianne Luiten vertelt iets over de belijdeniscatechisatie

dankgebed en voorbeden

collecte

zegen

zingen                       Hemelhoog 472 ‘Ga nu heen in vrede’