Orgelspel 

Welkom en afkondigingen

Zingen (met orgel) Psalm 139:1,10 ‘Heer, die mij ziet zoals ik ben’

Stil gebed

Votum en groet

Aanvangstekst       ‘Heeft iemand van jullie niet de wijsheid om te leven zoals God het wil? Dan moet je God om die wijsheid vragen. Hij zal je die zeker geven. Want God geeft de mensen allerlei goede dingen, zomaar, zonder er iets voor terug te vragen. Als je God om wijsheid vraagt, geloof dan ook dat je die krijgt.’ (Jakobus 1:5,6a Bijbel in Gewone Taal)

Zingen (met zanggroep school) ‘Prijs Adonai’

Tien Geboden         voorgelezen door Dagmar en Thijs

De 10 goede zinnen van God

  1. Je bent een kind van God, hou het meest van Hem. God houdt ook heel veel van jou, en wil je Vader zijn. Probeer te doen wat Hij van je vraagt.
  1. Er zijn veel leuke dingen in ons leven: bijvoorbeeld vakanties, t.v. computers, muziek, sport. Ook moeten we naar school, en grote mensen moeten naar het werk. Als we er maar aan denken dat God op de eerste plaats komt. Niks mag God in de weg staan.
  1. Wanneer je de naam van God gebruikt, dan mag dat niet zomaar, of als vloek. Gebruik de naam van God met eerbied.
  1. We hebben het altijd zo druk overal mee. 1 dag in de week doen we het rustig aan, de zondag. We maken van de zondag een fijne dag, waarin we leuke dingen doen, en ook naar de kerk gaan.
  1. Wees lief en zacht voor je vader en moeder, maar ook voor de andere mensen om je heen. Als je zelf lief bent voor anderen zullen anderen dat ook voor jou zijn.
  1. Als je erg boos bent kun je erge dingen doen of zeggen. Probeer je woede te bedwingen, want je kan er veel door stuk maken.
  1. Als we van iemand houden, en gaan trouwen, dan moeten we elkaar trouw blijven. En niet degene van wie we houden ongelukkig maken, door verliefd te worden op een ander.
  2. Wij mogen niks afpakken of stelen van andere mensen, geen geld of andere dingen.
  1. Wees eerlijk, lieg niet, en vertel geen slechte dingen over andere mensen.
  1. Wees blij en gelukkig met wat je hebt, of wie je bent. Als je tevreden bent dan hoeft je ook niet jaloers te zijn op andere mensen en kinderen.

Zingen (met zanggroep school)           ‘U bent heilig’

Gebed

Filmpje

Bijbellezing  1          1 Koningen 3:1-15 uit de Bijbel in Gewone Taal door Leonie (8a)

Zingen (met orgel)             Lied 313:1 ‘Een rijke schat van wijsheid’

Bijbellezing 2          1 Koningen 3:16-28 door Pepijn (7) 

Zingen (met orgel)             Lied 313:5 ‘O Gij die wilt ontmoeten’ 

Preek            

‘Je mag vragen wat je wilt…’
Wat zou jij dan kiezen?

We zagen een heel aantal kinderen antwoord geven in het filmpje, hele eerlijke antwoorden: als ik mocht kiezen wat ik hebben wilde, nou dan zou ik kiezen voor geld, voor een groot huis, of juist voor vrede, voor geen armoede meer, geen ziekte, geluk voor iedereen.

Salomo krijgt die vraag ook. In een droom. Niemand minder dan God zelf zegt daarin tegen hem: ‘Je mag mij vragen wat je wilt. Ik zal het je geven.’
Salomo is net koning geworden. Nou, dan zou ik wel weten wat je vragen moet, toch? De power om je vijanden te verslaan. Vrede in je koninkrijk. Duurzame vrede en veiligheid. En een bloeiende economie. En voor mezelf gezondheid, een lang leven en rijkdom. Genoeg dingen om van te genieten: een mooi paleis, een paar auto’s, met chauffeur natuurlijk, een flink jacht en een heerlijk vakantiehuis in het buitenland. Allemaal dingen die een koning graag heeft, toch?

Maar weet je wat ik nou zo opvallend vind? Dat Salomo helemaal niet gelijk met die wens begint, als God hem de vraag gesteld heeft. Salomo begint dan niet gelijk met vragen, met zichzelf dus. Nee, allereerst spreekt hij z’n dankbaarheid uit naar God. Hoe goed God is geweest voor zijn vader David. En dat hij nu koning is geworden. Dat heeft Salomo echt aan God te danken. En daar is hij God heel dankbaar voor.
Weet je: dat is al zo wijs, zo mooi, zo nodig ook. Als je met God omgaat, als je met Hem praat – dat is bidden – om dan niet gelijk met een soort verlanglijstje te komen. Nee, allereerst Hem loven en prijzen om wie Hij is, om wat Hij je allemaal geeft. Als je bidt, vouw je je handen. Maar wat is de eerste vinger aan je hand? Je duim. Die opsteken voor de Here God. Met eerbied gezegd: een like voor Hem! Here God, U bent zó! Echt waar! Wat er ook gebeurt. Ik ben blij met U, dankbaar aan U.

Dat verhaal van Salomo van vanmorgen begint ook niet voor niets met dat Salomo van de Here God hield. Daarom vind ik dit ook zo’n mooi paneel dat jullie op school gemaakt hebben.


Al die hartjes. Als je veel hartjes ergens op tekent, dan houd je van iemand. Nou, zo hield Salomo van de Here God en hield de Here God van Salomo. Dat is het allerbelangrijkste. Misschien is bidden dat eigenlijk ook vooral. Je handen niet alleen vouwen, maar eigenlijk dit gebaar maken naar God toe: ‘Ik houd van U, omdat U van mij houdt. En daar kan ik niet over uit. Ik ben blij met U. Ik ben U zo dankbaar.’Vervolgens zegt Salomo ook tegen God dat hij nog heel jong is. Waarschijnlijk zo’n jaar of 20. Nou, dat is heel jong als je koning wordt. Onze koning Willem-Alexander was een stuk ouder toen hij gekroond werd in 2013. 46 jaar om precies te zijn. Maar Salomo dus 20. En z’n vader David had voordat hij koning werd al heel veel meegemaakt. Maar Salomo niet. Hij is best beschermd opgevoed in het paleis enzo. En nu moet hij koning zijn. Salomo ziet er best tegenop. En daarom weet hij wat hij God wil vragen: ‘Leer mij goed te luisteren.’ Letterlijk vraagt hij om ‘een luisterend hart.’ Precies zoals het dus op dat paneel staat. Met daaronder een hart met oren. Ja, daar vraagt Salomo dus om. Om een hart met oren, om een luisterend hart. Om heel goed te luisteren, naar de mensen van z’n volk, naar de Here God.

Luisteren met je hart: echt luisteren betekent dat. Kijk, we hebben vaak snel onze mening klaar. Over iemand anders. Maar luisteren met je hart betekent daarmee wachten. Iemand echt leren kennen. Dus niet afgaan op het eerste gezicht. Wat iemand doet, wat iemand zegt, wat iemand post op Tiktok of Insta. Dat is vaak nog maar buitenkant. Dat zegt nog niet zoveel. Nee, je echt verdiepen in een ander. Proberen verder te komen dan je eerste indruk. Dat is wijs.
Mooi hoe dat op dit paneel is geschilderd.


Je ziet aan de ene kant iemand met een kroon op, en aan de andere kant iemand met een studentenbaret op. En daarboven: ‘Wat is wijs?’ Wijs is dus niet zozeer heel veel weten, of op alle vragen een antwoord hebben, of een heel hoog IQ hebben, een geweldige Citoscore halen. Nee, wijs zijn is een hart met oren hebben, luisteren. Luisteren naar God. Wat wil Hij? Wat hoort bij Hem? En ook luisteren naar de ander. Wie is hij of zij nou echt? Wat heeft hij of zij nodig? Hoe kan ik iemand echt helpen?
Of zoals Salomo ook zegt: ‘Leer mij het verschil tussen goed en kwaad zien.’
En dan zijn we bij dat derde paneel. Daarop zie je iemand staan voor een kruising, voor een t-splitsing. Het kan twee kanten op: de goede of de verkeerde kant.


Wat doet hier goed? En wat juist niet? Is dit goed wat hier gebeurt? Wat er nu op mij afkomt? Of juist niet? Daar het verschil tussen zien. Dat is zo belangrijk. Dat is zo wijs.
Die wijsheid had Salomo nodig. Maar evengoed ook een meester of een juf. Bijvoorbeeld als er ruzie is. Wat is er gebeurd? Waar is het misgegaan? Hoe kan het weer goed worden?. Ja, dan moet een juf of meester ook heel goed luisteren, luisteren met de oren van je hart. Net als vaders en moeders. En opa’s en oma’s. En wie niet! Wij allemaal…

Wat is wijs? Een luisterend hart hebben dus. Heel goed kunnen luisteren. Je ziet dat prachtig in dat tweede verhaal dat we uit de Bijbel hoorden. En daarvoor ga ik bij dit prachtige paneel staan.


Met die weegschaal. Een weegschaal heb je niet alleen nodig als je een taart gaat bakken of een bijzonder gerecht gaat koken. Nee, een weegschaal is ook een symbool. Al heel lang. Voor rechters. Rechters moeten namelijk afwegen. Die horen alle verhalen. Van de verdachte, van getuigen, van de officier van justitie, van de advocaten. Een rechter luistert naar dat alles. En dan moet-ie een vonnis vellen. De uitspraak doen. Die rechtvaardig is. Die wijs is.

In de tijd van Salomo was de koning ook rechter. En zo komen er op een dag twee vrouwen bij de koning. Het zijn niet zomaar vrouwen. Nee, het zijn hoeren. Nou, dan hebben mensen vaak al direct hun mening klaar. Als je hoer bent, dan ben je slecht. Dan laat je je betalen voor seks. En dat is erg. En zo hebben we heel vaak al onze mening klaar over andere mensen. Toch?
Maar Salomo is wijs. Hij heeft gevraagd om een hart dat luistert, om een hart met oren. En dat wil hij nu ook gebruiken. Deze vrouwen dus niet de deur wijzen. Of een voorbarig oordeel vellen. Nee, hij wil echt luisteren naar wat die vrouwen te vertellen hebben, over wat er gebeurd is.

Het is wel een triest verhaal. Allebei hebben ze net een kind gekregen. En ze wonen bij elkaar in huis. Eén van de vrouwen is per ongeluk tijdens de slaap op haar baby’tje gaan liggen. Ze lagen in hetzelfde bed. En toen is het kindje gestorven. Verschrikkelijk. Ze was zo verdrietig, en zo in paniek. Dat ze haar dode baby had verwisseld met de andere baby van die andere vrouw. Toen die wakker was geworden en haar kindje de borst wilde geven, was het kindje dood. Maar ze zag dat het haar eigen kind niet was. Aldus haar verhaal tegen de koning.
‘Dat is niet waar!’ riep de andere vrouw, ‘het levende kind is van mij en het dode kind is van jou!’ ‘Nee, het dode kind is juist van jou en het levende kind van mij!’, riep de andere weer. En zo stonden ze daar ruzie te maken bij de koning.
Maar wie had nu gelijk? Er waren verder geen getuigen bij geweest. Alleen die twee vrouwen, die allebei beweerden dat het levende kind van hen was en het dode kind van de ander.

En toen deed Salomo iets heel onverwachts. Eigenlijk heel erg shocking. Hij zei: ‘Haal een zwaard!’ Z’n dienaren deden het. En toen zei Salomo: ‘Hak het levende kind doormidden. Geef de ene helft aan de ene vrouw, en de andere helft aan de andere vrouw.’
De moeder van het levende kind schrok vreselijk. ‘Nee, koning’, riep ze, ‘doe dat niet, geef dan het levende kind aan haar.’ Maar de andere vrouw zei: ‘Ja, hak het kind maar doormidden. Dan krijgen we het geen van beiden.’
Toen zei Salomo: ‘Maak het kind niet dood. Geef het aan de vrouw die het wil laten leven. Zij is de echte moeder.’

Ja, hoe shocking ook met dat zwaard, het was vooral heel wijs, want zo werd duidelijk wie de echte moeder was: degene die kostte wat kost haar kind wilde laten leven. Letterlijk staat er dat haar buik zich omdraaide toen koning Salomo dat zwaard pakte. Ze werd tot diep in haar hart geraakt. En dat hoorde, dat zag Salomo. Hij had dus ook hier geluisterd met z’n hart. En dat maakte diepe indruk. De mensen hadden groot respect voor koning Salomo, omdat ze begrepen dat Gods wijsheid in hem was. Salomo had God erom gevraagd en God had hem die wijsheid gegeven.

Wij zijn Salomo niet. Wij zijn geen koning. Geen premier. Geen leider van een volk. Maar we zijn wel allemaal mensen. Die die wijsheid van God heel hard nodig hebben. Om te kunnen kiezen tussen goed en kwaad. Om echt met ons hart te luisteren. Naar God, naar elkaar. Om ons in het hart te laten raken. Niet keihard zijn, maar barmhartig, zacht van hart is dat…
En net als bij Salomo begint dat met houden van de Here God. Met ontdekken dat Hij van jou houdt. Hoe barmhartig Hij is. Hoe zacht van hart. En wat Hij je allemaal geeft. En dat je Hem echt nodig hebt. Dat je Jezus nodig hebt, want als er Iemand wijs is, dan is Hij het. Hoe Hij juist mensen opzocht, hoe Hij mensen hielp, hoe Hij z’n hart liet spreken, hoe Hij alles overhad voor ons mensen, dat Hij zelfs zijn eigen leven gaf. Hoe Hij zichzelf opzij zette voor ons mensen. Om ons tot kinderen van God te maken.

Van Hem kun je die wijsheid leren. Van Hem leer je om God op de eerste plaats te zetten, om je eigen ik zeg maar op de tweede plaats te zetten, om niet direct een mening over een ander te hebben, maar een ander – hoe anders die ook is – beter te leren kennen, om het goed met elkaar te hebben en het weer goed te maken, als dat nodig is, om voor het goede te kiezen en tegen het kwade.
Als je naar Hem luistert, als je met Hem verbonden bent, en je ook verbonden bent met anderen, dan word je wijs, dan blijf je wijs. Amen

Zingen (met zanggroep school)           ‘De kracht van uw liefde’

Dankgebed en voorbeden  met leerkracht Wim, leerling Noah (8b), moeder Van Dixhoorn en dominee

Collectemoment

Slotlied (met orgel)           Psalm 150 ‘Loof God, loof Hem overal’

Zegen

De zanggroep speelt en zingt bij het uitgaan ‘Ik wens jou’ van Trinity

Met dank aan de leerlingen en de leerkrachten van groep 6-8 van de Livingstoneschool uit Gouda