• Startpunt bij de Pauluskerk mededelingen en plattegrond
  • Station 1 Kennismaken en spel voor kinderen
  • Station 2 Zingen met combo   Evangelische Liedbundel 184 Ik wandel in het licht met Jezus
  • Station 3 Eigen voetstap tekenen mét inhoud

  • Station 4 Schriftlezingen Genesis 5:21-24 en Kolossenzen 2:6-10

 

  • Station 5 Hagenpreek Thema: ‘Ommetje, wandelen met God’
    Vanmorgen heb ik natuurlijk wel de app Ommetje aangezet. Ik ben komen wandelen vanuit de pastorie naar de kerk, en naar deze locatie.
    Ja, die app Ommetje werd vorig jaar aan het begin van de Coronatijd heel populair. Niet vreemd natuurlijk omdat we in een lockdown zaten. Veel was dicht. We konden niet bij elkaar op bezoek. Dus gingen we wandelen. En die app stimuleert dat. Je kunt er punten mee scoren.Het bijzondere is dat die app Ommetje geïnitieerd werd door de Hersenstichting. Want wandelen is niet alleen goed voor je lijf, voor je lijn, voor je conditie, voor je immuunsysteem, maar ook voor je brein, voor je hersenen. Professor Erik Scherder, neuropsycholoog, bekend ook van tv – u weet wel: die man die net minstens net zo snel praat en druk doet als Jochem Myjer, maar dan wat serieuzer en vooral over wat goed is voor onze hersenen – hij was een bepleiter van de app. Want bewegen, dus ook wandelen, is goed tegen stress en spanning, tegen somberheid en depressies. Het helpt ons neurologisch systeem tot rust te komen. Aldus de prof.

    Vandaag hebben wij het over wandelen met God. Opvallend is dat daar in de Bijbel een woord voor gebruikt wordt, dat letterlijk betekent: ‘rondgaan, rondwandelen.’ Ook een Ommetje dus.
    Ja, wandelen is echt nog iets anders dan de snelste route van A naar B. Nee, bij wandelen neem je de tijd. Daar zit rust in, aandacht, ontspanning. Als je samen met iemand wandelt, kun je de beste gesprekken hebben, want je hoeft elkaar niet aan te kijken, al lopend praat je voor je uit, mijmer je, deel je elkaars leven.

    Zo mogen we wandelen met God. De omgang met God dus. Een ommetje met Hem.
    Prachtig komt dat al op de eerste bladzijden van de Bijbel voor, in Genesis 5 bij Henoch. Van hem wordt gezegd dat hij wandelde met God. Vertrouwelijk ging hij met God om, deelde hij zijn leven met Hem, bezag hij zijn leven in Gods perspectief. En dat maakte alles anders. Zo anders zelfs dat op een zekere dag God hem wegnam. Hij was er hier niet meer. Elders in de Bijbel staat dat Henoch de dood niet heeft gezien. God nam hem op in zijn heerlijkheid. Net als bij Elia, maar dan minder spectaculair.
    Een meisje vertelde het verhaal van Henoch eens terug, kinderlijk, maar diep: Henoch wandelde met God en ze praatten met elkaar. Ze hadden elkaar zoveel te vertellen dat ze de tijd helemaal vergaten. Ineens merkte Henoch dat ze vlak bij Gods huis waren. Hij zei tegen God: ‘Nu moet ik echt teruggaan.’ Maar God zei: ‘Nee, Henoch, je bent nu al zover. Je moet maar gauw binnenkomen…’
    Ontroerend. Dit meisje raakte hiermee de kern van het wandelen met God, van de vertrouwelijke omgang met Hem. Dan heeft de dood niet het laatste woord. Dan valt de dood in het niet.

    Prachtig is dat ook terug te horen bij Paulus in dat tweede bijbelgedeelte dat vanmorgen klonk uit Kolossenzen 2. Daar schrijft hij: ‘Zoals u dan Christus Jezus, de Heer, hebt aangenomen, wandel in Hem.’ Let op: Paulus schrijft níet: ‘Wandel mét Christus Jezus’ of ‘wandel áchter Hem aan’. Nee, ‘wandel ín Hem.’
    Dominee Troost zegt dat dit verwijst naar de doop. In die tijd werden mensen naakt gedoopt. Een diepe symboliek: zoals je bent, in je nakie, ga je het doopwater in, ga je onder met Jezus, word je begraven met Hem én kom je met Hem boven, sta je op tot een nieuw leven. En dan kregen de dopelingen een wit kleed aan. Symbool van de reinheid, van het nieuwe leven in en door Jezus. Die dopelingen liepen vervolgens ook een week in dat doopkleed. Zodat mensen aan hen zagen: die is gedoopt. Die hoort bij Jezus. Die kan niet zonder Hem.
    Zo mogen we, zo kunnen we wandelen ín Jezus. Zo diep verbonden met Hem. Dat is tegelijk ook de oproep om dat te doen. Wandelen is immers geen stilzitten. Nee, dat is in beweging komen. Dat is Hem dus betrekken in wat je doet en laat, wat je zegt en niet zegt, wat je denkt. In dat alles verbonden met Jezus Christus. In Hem wandelen. Hij is de atmosfeer waarin je mag ademen, kunt ademen, waarin je werkelijk leeft. Dan ben je niet meer van jezelf. Maar dan leeft Hij in jou. En dan ga je ook anders leven. Met vallen en opstaan.

    Professor Erik Scherder maakt ons duidelijk hoe belangrijk wandelen is. Voor ons lijf, voor onze lijn, voor onze conditie, ons immuunsysteem, voor ons brein. Maar wandelen met God, de omgang met Hem, wandelen in Jezus, dat is goed voor onze ziel, dat is goed voor heel ons leven, juist ook met anderen, met God, met onszelf. Dat biedt toekomst. Een geweldige toekomst. Henoch heeft het ontdekt. En zovelen meer. Ik hoop u en jij ook. Daarom:

    Ga met God en Hij zal met je zijn,
    jou nabij op al je wegen,
    met zijn raad en troost en zegen.
    Ga met God en Hij zal met je zijn.

    Jullie mogen nu weer verder wandelen naar de volgende stop, de gebedsmuur. Op weg daarnaartoe geef ik jullie twee vragen mee, die je twee aan twee mag bespreken. Als Emmaüsgangers als het ware, waarbij je mag weten dat de Derde, de Heer zelf, erbij is. Dit zijn de vragen:

    1) Hoe is het voor u/jou om in Jezus te wandelen?
    2) Wat merken anderen ervan dat je wandelt met God?

  • Station 6 Gebedsmuur
  • Station 7 Drama
  • Station 8 Blazers van Caecilia ‘Ode an die Freude/Vreugde, vreugde, louter vreugde’

    Station 9 Eindpunt bij Pauluskerk met verfrissing en ontmoeting + mogelijkheid tot branden van kaarsje in de kerk