orgelspel

afkondigingen 

zingen                       Lied 477:1,2 ‘Komt allen tezamen’

stil gebed

votum en groet

aanvangstekst        ‘Gezegend Hij die komt als koning, in de naam van de Heer! Vrede in de hemel en eer aan de Allerhoogste!’ (Lukas 19:38)

zingen           Hemelhoog 157 ‘Wij trekken in een lange stoet’

lezing van het gebod des Heren   uit Jakobus 3

zingen           Lied 487:1,3 ‘Eer zij God in onze dagen’

gebed

schriftlezing 1         Lukas 2:1-7 (Bijbel in Gewone Taal) door Lotte de Jong

zingen (met combo van kinderen)  Hemelhoog 156 ‘Vrolijk kerstfeest’

schriftlezing 2  Lukas 2:8-14 (Bijbel in Gewone Taal) door Stephanie de Wit

zingen (met combo van kinderen)   ‘Kerstnacht boven Bethlehem’ van Sela

schriftlezing 3  Lukas 2:15-20 (Bijbel in Gewone Taal) door Lara de Haan

zingen (met combo van kinderen)   Hemelhoog 146 ‘Mary Did You Know?’

kindermoment

Jongens en meisjes, ik heb vanmorgen iets meegenomen dat helemaal bij kerst past: een kaars.


Nee, groot is-ie niet, maar het is toch echt een kaars. Hoeveel kaarsen zullen er vandaag wel niet gebrand worden in deze wereld, denk je: miljoenen, miljarden?
Heb je enig idee wat een kaars eigenlijk met kerst te maken heeft? Omdat het gezellig is, maar vooral omdat die kaarsen verwijzen naar Jezus, die het licht is, het licht van de wereld. Daarom branden er met kerst zoveel kaarsen. Daarom ik ook een kaarsje meegenomen. Ja precies dit kaarsje. Een heel bijzonder kaarsje. Het lijkt ook wel een kaarsje op een verjaardagstaart hè… Nou ja, als Jezus met Kerst geboren is, dan is het ook z’n verjaardag, toch?
Maar goed, dit is dus een bijzonder kaarsje. Moet je maar eens opletten. Wie wil ‘m uitblazen? Nee, dat lukt niet hè, met dit kaarsje! Dat vlammetje komt telkens weer terug. Kijk, zo is het met het licht van de Here Jezus, dat kun je niet uitblazen, dat is niet weg te krijgen. Ja, soms lijkt dat wel zo, als je bijvoorbeeld heel verdrietig bent, of als je ontzettend boos bent om iets, of als er verschrikkelijke dingen in deze wereld gebeuren, of je doet zelf iets ergs, iets verkeerds en je denkt: o, komt dit nog wel goed? Dan lijkt dat licht van Jezus, van de Here God weg, maar dat is niet zo. Het komt terug. En dat merk je: je krijgt troost voor je verdriet, je boosheid verdwijnt, je verkeerde dingen vergeeft Hij en uiteindelijk gaat het naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar niets donkers, niets ergs meer is: waar het licht altijd schijnt, Zijn licht. Zeg maar altijd kerstfeest, feest van Christus.
Kijk, dit kaarsje kan ik uiteindelijk wel uit krijgen. Met water. Kijk maar. Maar het licht van de Here Jezus is niet uit te krijgen, door niets en niemand. Gelukkig maar!
Een goede kindernevendienst en tot straks.

tekstlezing  ‘En plotseling voegde zich bij de engel een groot hemels leger dat God prees met de woorden: ‘Eer aan God in de hoogste hemel en vrede op aarde voor de mensen die Hij liefheeft’.’ (Lukas 2:13,14 uit de NBV) 

verkondiging          Thema: Vrede op aarde

Gemeente van Jezus Christus,

Gouda bij Kaarslicht – of zoals het vroeger heette: Kaarsjesavond – was weer mooi. Na twee jaar coronaellende stond de Markt weer vol met duizenden mensen. Ze luisterden naar het Kerstevangelie, zongen mee met Stille Nacht en genoten van de zang, van onder andere de Oekraïense Liza.
Ook zong er een zekere Martin van der Starre, samen met z’n twee dochtertjes. Hem kende ik niet, maar hij schijnt bekend te zijn in de musicalwereld. Het lied dat hij zong, was wel bekend, overbekend zelfs: Happy Christmas van John Lennon, met als refrein: ‘War is over, if you want it. War is over now.’ Het werd ook gezongen in het Atlantispark tijdens de Sterrenjacht afgelopen donderdag.
Lennon zong het ooit als eerste ten tijde van de Vietnamoorlog. Die vreselijke oorlog uit de jaren ’60, een smerige oorlog ook, aan beide kanten.
Maar nu, bijna 60 jaar later, klonk het dus op onze Goudse Markt. Niet zomaar natuurlijk. Want helaas is het nog steeds actueel. Want een smerige oorlog speelt zich nu af, niet eens zo heel ver hier vandaan. In die oorlog lijkt geen middel geschuwd te worden. Daar zitten nu, net als bij de Eerste Wereldoorlog, met kerst soldaten in loopgraven. En burgers in de kou en zonder elektriciteit, omdat de energiecentrales zijn stukgeschoten. Er zijn mensen op de vlucht, zoals Liza.
Maar niet alleen daar in Oekraïne, ook in Jemen, Syrië en Ethiopië, en op zoveel plekken meer woedt er oorlog. En kwamen daarvandaan mensen naar ons land voor veiligheid.
‘War is over, if you want it – de oorlog is voorbij als je dat wilt.’ Klinkt dat niet een beetje naïef? Zoals hippies als John Lennon dat nu eenmaal waren…
Of… Of, klinkt dit in de verte naar de engelenzang uit het kerstevangelie, met dat ‘vrede op aarde’?

Ja, zo beelden wij ons die in, toch? Die engelen bij de herders, als een immens hemels zangkoor? In menig kinderbijbel staat het zo afgebeeld en klinkt het in allerlei kerstliederen. ‘Hoor de engelen zingen de eer’…
Maar die engelen worden in onze tekst helemaal niet getekend als koorleden. Nee, er staat dat het een groot hemels leger is. Die engelen zijn dus soldaten, strijders. Zoals we engelen ook tegenkomen in het laatste bijbelboek Openbaring. In het afgelopen jaar was daar hier in de kerk een prekenserie over. Toen ontdekten we dat de engelen geen engeltjes zijn, een beetje gezet, met schattige vleugeltjes. Nee, het zijn dienaren van de Allerhoogste, strijders voor zijn zaak.
Maar ze strijden wel voor vrede. ‘Vrede op aarde’, klinkt het immers uit hun monden. Deze hemelse ‘blauwhelmen’ zijn dus op vredesmissie…

Ze zingen ook niet. Dat hebben wij er later van gemaakt. Nee, die Bijbel in Gewone Taal, waar de kinderen uit voorlazen, heeft het hier echt goed vertaald: ‘Ze (dus de engelen) eerden God en zeiden…’ Het is dus geen lied, maar een spreekkoor. Ze scanderen dat Ere zij God. Zoals soldaten dat kunnen doen: strijdkreten aanheffen. Maar wel strijdkreten hier die God loven en prijzen.

De eerste strijdkreet die de hemelse blauwhelmen aanheffen, luidt dus ‘Eer aan God in de hoogste hemel.’ In het overbekende lied klinkt het anders: ‘Ere zij God.’ Daar klinkt het als een wens: mag God de eer krijgen. Moge het zo zijn. Maar er staat in de oorspronkelijke taal helemaal geen werkwoord: ‘eer aan God!’ Dus niet als wens, maar als feit. Nu krijgt God de eer. Nu de Redder is geboren, nu Zijn eigen Zoon mens is geworden.
Anders gezegd: daar stelt God eer in. Waarin? Nou, dat horen we in de volgende strijdkreet. Die is eigenlijk een uitwerking van die eerste. Of moeten we zeggen: beide strijdkreten zijn twee kanten van dezelfde zaak. Waar stelt God, de Allerhoogste, een eer in? In vrede op aarde! Alsof die engelen met de ene hand naar boven wijzen: ‘Eer aan God in de hoogste hemel!’ en met de andere hand naar beneden wijzen: ‘Vrede op aarde!’

Vrede op aarde. ‘War is over’, zong John Lennon. Is dat hetzelfde?
Nou, in de Bijbel is vrede veel meer dan de afwezigheid van oorlog. Als er geen oorlog is, wil het niet zeggen dat er vrede is. En dan bedoel ik vrede in de diepe zin zoals de Bijbel die bedoelt. ‘Shalom’ in het Hebreeuws. Shalom, dat is leven in goede, geheelde verhoudingen. In een goede verhouding allereerst met God. Maar ook met anderen. En met jezelf, niet te vergeten.

Vrede, een goede verhouding dus allereerst met God. Niet voor niets volgt dat ‘vrede op aarde’ namelijk direct op ‘eer aan God.’ Maar je ziet het ook aan het vervolg van die tweede strijdkreet van de engelen. Want na ‘vrede op aarde’ moet je eigenlijk een dubbele punt denken. Vrede op aarde, dubbele punt: in mensen een welbehagen. Vrede op aarde is dus dat God een welbehagen in mensen heeft.
Ja, ik kies voor dat klassieke woord, zoals het ook in het bekende lied klinkt: ‘In de mensen, in de mensen, een welbehagen.’ Niet voor niets krijgt dat woord daar nadruk, worden er verschillende noten aan gewijd. Omdat het zo’n prachtig woord is, zo’n geladen woord, zo’n overvloedig woord ook. Want ‘wel’, dat is al goed, en dan ook nog eens behagen, dat is ook positief. Wel-behagen is dus dubbelpositief!! Zo komt de Here God naar ons toe. Ja, ook dat is een feit. Een heerlijk feit. God wil niets liever dan zich over ons ontfermen, want dat bedoelt dat welbehagen ook. Zoals die Vader in die bekende gelijkenis: ons in de armen sluiten en ons aan zijn hart drukken. Dat is Gods welbehagen. Daar kun je je toch alleen maar over verwonderen en in verheugen?! Of zoals de NBV het zegt dat God mensen liefheeft.
Dát is Gods vrede dus ten diepste: Zijn liefde voor ons en dat wij van Hem gaan houden. En dat Hij alles wat stuk is in onze verhouding met Hem – onze liefdeloosheid, onze nalatigheid, onze onwil en onmacht, onze zonden en onze wonden – dat de Here God die wil helen. Ja, juist daarvoor heeft Hij zijn Zoon gezonden. Daarvoor is Hij in Jezus zo klein geworden, een mens als wij. Hiervoor zal deze Jezus gaan strijden, met lichaam en ziel. Ja, alles zal Hij daarvoor geven. Om ons te helen, om ons in die goede, geheelde verhouding te brengen: vrede met God, met de ander en met onszelf.

In Jezus Christus is dus die vrede te vinden en te krijgen. Dat vraagt vervolgens ook van onze kant om in beweging te komen. Gods welbehagen, zijn bewogenheid, zet in beweging, als het goed is. Je ziet het aan de herders. Zij zijn zo aangestoken door de boodschap van de engel, door die verrukkelijke strijdkreten van het hele hemelse engelenleger daarna, dat ze meteen – ‘met haast’ staat er letterlijk – naar Bethlehem gaan, om daar met eigen ogen te zien wat hun verkondigd is. En Maria bewaart vervolgens dit alles in haar hart, dus wat haar door de herders verteld is, die het weer hadden gehoord van de engelen. Het is een soort kettingreactie. Maar die gaat niet vanzelf, lieve mensen. Het vraagt van ons wel om ons daarin in te laten schakelen, om hierin mee te gaan, om in beweging te komen. Want er zijn er ook genoeg die helemaal niet in beweging komen. Zoals bijvoorbeeld de religieuze elite in Jeruzalem; die blijven zitten waar ze zitten. Of de mensen in Bethlehem, die de herders weliswaar welwillend aanhoren, zelfs met verbazing, maar er vervolgens niks mee doen.

Dat kan dus hè. Dat je kerst viert. Misschien voor de tigste keer. En dat je weer geniet van de sfeer, van de liederen, van de muziek. Dat je geraakt wordt door het verhaal. Door de preek. Maar dat het straks toch bij wijze van spreken blijft liggen op de kerkbank. Dat het je niet in beweging zet. Dat kan dus hè! Dat risico bestaat. Juist ook als het gaat over die vrede op aarde. Maar dat zou toch zonde zijn! Echt zonde, want dan heb je je doel gemist.
Wat is het doel dan, die beweging? Nou, om zelf een vredestichter te worden. Om die vrede van God door te geven, in relaties met anderen, in ons eigen netwerk, maar ook in de samenleving. ‘Zalig zijn de vredestichters’, zegt Jezus niet voor niets in de Bergrede.
Of wat denk je van Jakobus in zijn brief? We hoorden het vanmorgen bij de gebodslezing: ‘Wijze mensen leven namelijk in vrede met iedereen.’ Waarom? Jakobus schrijft: ‘Omdat ze geduldig zijn, goed voor anderen zijn, alle mensen gelijk behandelen, altijd eerlijk zijn.’ Heel actief dus gaan voor goede en geheelde verhoudingen. Zo vredestichter zijn. En van wie hebben ze dat geleerd? Van de Vredevorst, van Jezus Christus, die onze vrede is. Zijn vrede dus actief doorgeven. Daar is ook nog eens een belofte aan verbonden, vervolgt Jakobus: ‘Mensen die zo in vrede leven met iedereen, zorgen overal voor recht en vrede.’ Hoe mooi is dat! En hier is toch ook geen woord Spaans bij? Maar dat vervolgens in de praktijk brengen is nog wel vers 2. Vredestichter zijn is niet iets makkelijks, iets dat zonder slag of stoot gaat.
Neem die John Lennon. ‘War is over, if you want it’. Maar hij zong dit wel nadat hij en z’n makkers van The Beatles met de grootste ruzie uit elkaar waren gegaan. Ze zongen wel ‘All you need is love’, maar de liefde was ver te zoeken.
Maar laten we maar niet te veel wijzen naar anderen. Want dat is altijd makkelijk. Nee, ook in onze eigen relaties, onze families, onze buurt, op ons werk, in de kerk, kan de vrede ver te zoeken zijn. Zijn er verstoorde verhoudingen. Omdat er dingen gezegd worden die zoveel kapot maken. Of wordt er juist gezwegen, waardoor de verhoudingen alleen maar slechter worden.

Vredestichter zijn, zelf in beweging komen voor die vrede op aarde, vraagt dus om een lange adem, om zelfverloochening, en vooral om dichtbij Jezus te blijven, want van Hem leren we de vrede het best. Hij is onze vrede!
Vrede is ook in een goede verhouding met jezelf staan, oftewel innerlijke vrede kennen. Ook dat is niet iets vanzelfsprekends. O nee, hoeveel mensen kennen niet de nodige onrust in hun leven, onvrede en ontevredenheid, het gevoel het niet te halen, een constante druk waaraan zij menen te moeten voldoen, vanwege hun eigen strenge ik of wat ze zich door anderen laten opleggen. Ach, er kunnen zoveel factoren voor innerlijke onvrede zorgen, voor onrust en een diepe gespletenheid. Weet je, de heling daarvan is te vinden bij Hem, die heel maakt: Jezus Christus. Want voor Hem hoeven we niet op onze tenen te lopen. In Hem heeft God een welbehagen in ons, heeft ons lief als geen ander. Wat zou je dan ten diepste nog meer wensen, als werkelijk niets je van die liefde kan scheiden? Die vrede, ook met jezelf, wens ik u en jou en mezelf van harte toe. Nee, laat ik het net zo sterk zeggen als de engelen bedoelen: Ook die innerlijke vrede is een feit, in Jezus Christus.

Nu is de rangorde wel heel belangrijk bij die vrede, de volgorde dus in die verhouding tot God, de ander en onszelf. Professor Versteeg schrijft daarover in zijn mooie boekje ‘Bijbelwoorden op de man af’ bij het woord ‘vrede’. Ik citeer: ‘Voor velen heeft vrede allereerst te maken met het goed hebben, daarna met goed doen en tenslotte met goed zijn. Terwijl in de Bijbel het precies omgekeerd is. Daar begint het met goed zijn, dat het goed is tussen jou en God. Daarna heeft vrede te maken met goed doen. Goed doen aan anderen. Tenslotte heeft vrede ook te maken met het goed hebben.’
Wijze en ware woorden! Voor je het weet draait het in ons leven vooral erom dat wij het goed hebben. Je ziet dat bijvoorbeeld ook vaak naar vluchtelingen toe. Dan is het argument dat we toch eerst aan ons eigen land moeten denken, aan onze eigen mensen die het moeilijk hebben. We beginnen dan bij onszelf. Dat wij het goed hebben en houden. Maar ook in allerlei andere situaties zijn we vaak en vooral gefocust zijn op onszelf. En vervolgens kunnen we eens naar anderen gaan kijken. En o ja, God is er ook nog.
Maar de engelen, in lijn met de hele Bijbel, draaien het om. Want de diepste vrede, Gods welbehagen, zijn onvoorwaardelijke en onpeilbare liefde zijn in Christus te vinden. Daar vind je de onuitputtelijke bron om vredelievend te zijn, vrede te stichten, goed te doen aan anderen. En daarbij ook in een goede verhouding tot jezelf te komen, innerlijke vrede te vinden en tevreden te zijn.

Zo wordt het inderdaad vrede op aarde. Vrede tussen jou en God, vrede met anderen en vrede met jezelf. En dan geeft dat ook vreugde. Zoals bij die herders. Die, als ze Jezus gezien hebben, God eren en danken. Ja, dan wordt het, zoals John Lennon al zong, maar dan in de diepste zin van het woord een ‘happy christmas’, een gelukkig, een zalig kerstfeest. Of zoals Joke Verweerd dichtte:

Licht jaagt het donker op
en straalt het schijnsel van het vuur teniet.
Bedek je ogen,
voor dit licht
valt het bestaan,
het mager bestaan van tekort op tekort
voorgoed in duigen.

Dan staat het lied
aan de lucht
ongehoord vol
verzadigd van vrede.

Het sneeuwt van de hemel:
ere
vrede
welbehagen.

Deze nacht draait de wereld om
wie de hand van dit kind vat
vindt de vrede getekend.

Amen

muzikaal meditatief moment      Dance of the Night van Meg Robinson, gespeeld door Nelly van der Gaarden op harp

zingen           Lied 481:1,3 ‘Hoor, de engelen zingen de eer’

dankgebed en voorbede  

inzameling van de gaven                       

kinderen komen terug uit kindernevendienst en vertellen iets over hun advents- en kerstproject

zingen           Ere zij God

zegen

orgelspel