orgelspel

afkondigingen

zingen          Psalm 107:1

stil gebed

votum en groet

openingstekst         ‘Blaas de bazuin in Sion, sla alarm op mijn heilige berg.’ (Joël 2:1 Herziene Statenvertaling)

zingen                       Psalm 107:8

voortzetting viering Heilig Avondmaal  

dankzegging

dankgebed en gebed om de verlichting met de Heilige Geest 

schriftlezing               Openbaring 8:6-13

zingen                 Gezang 300:1

verkondiging

Gemeente van Jezus Christus,

Toen een man ternauwernood ontkomen was aan die verschrikkelijke bosbranden in California een paar jaar terug, riep hij uit tegen een verslaggever: ‘It’s like doomsday!’
Doomsday is Engels voor de dag des oordeels. Die enorme branden, amper te bestrijden door de harde wind, ervoer de man alsof de wereld verging: ‘It’s like doomsday!

Ja, niet alleen daar waren de laatste jaren bosbranden, nee: op vele plekken meer. Maar ook langdurige vulkaanuitbarstingen. En niet te vergeten dat coronavirus dat een groot deel van de wereld al bijna twee jaar in de greep hield en houdt. Tot op de Olympische Winterspelen toe. En wat hangt ons nog meer boven het hoofd?
Het zijn apocalyptische tijden, zegt menigeen.

‘It’s like doomsday!’ In de Bijbel spreken de profeten over ‘De Dag des Heren’, als Hij komt om te oordelen. Deze wordt aangekondigd met bazuingeschal. Jezus spreekt in zijn eindtijdrede ook over bazuingeschal. Net als Paulus in de Thessalonicenzenbrief. Voordat de doden zullen opstaan, zal de bazuin van God klinken. ‘Eens als de bazuinen klinken’, zongen we zojuist.

In ons tekstgedeelte is er zelfs sprake van zeven bazuinen. Eén voor één worden ze geblazen door een engel. Die zeven bazuinstoten kondigen telkens een nieuw gericht van God aan. Nee, het is nog niet het definitieve oordeel, het laatste oordeel, waar Jezus en Paulus over spreken. Dit zijn stappen daarnaartoe. ‘De tekenen der tijden’, zoals ze ook wel genoemd worden. Dat past ook goed bij de bazuin of de sjofar, de ramshoorn. Die heeft in de Bijbel een signaalfunctie. Daarmee wordt een alarmsignaal gegeven. Een soort sirene zeg maar: Let op, pas op!

Ja, die gerichten die bij die zeven bazuinstoten losbarsten zijn heviger, omvattender, dan die van de zeven zegels daarvoor. Daar was sprake van een vierde deel van de wereld dat daardoor wordt getroffen. Hier bij de bazuinen is het zelfs een derde deel.
Vanavond staan de eerste vier bazuinstoten centraal. Die horen ook bij elkaar. Ze raken namelijk de vier dimensies, de vier elementen uit de schepping, zonder wie wij mensen ook niet kunnen: aarde, water, zee en lucht. Anders gezegd: het groen, het zeewater, het zoete drinkwater en het licht. Het zijn essentiële hulpbronnen voor het menselijk bestaan. En juist daar treffen hem de oordelen.
Die lijken op een aantal plagen die Egypte ooit trof, ten tijde van Mozes. Het volk Israël zat daar in slavernij. En farao wil het volk niet laten gaan. Toen troffen hem en zijn volk een tiental plagen. Om hem te bewegen dit toch te doen. Een paar van die plagen zien we hier in Openbaring terug, maar dan omvattender en heviger. De hagel met het vuur zien we ook bij de Egyptische plaag, maar nu is die gemengd met bloed. En maar liefst een derde van de bomen en ander groen verbrandt.
Een andere plaag is dat water in bloed verandert. Toen was de rivier de Nijl, de natuurlijke slagader van Egypte. Maar hier is het nog veel groter: een derde deel van al het zeewater. Een soort vulkaanuitbarsting is er de oorzaak van. Een enorme vloedgolf verzwelgt de schepen. En door het verziekte water sterft een derde van alle zeedieren.
En de negende Egyptische plaag, die van de duisternis, zien we terug in de vierde bazuinstoot, waarbij maar liefst een derde van alle lichtdragers aan het firmament – van de zon, de maan en de sterren – verduisterd wordt. Ja, het is goed mis in de atmosfeer.
De derde bazuin komen we niet tegen in Exodus, maar lijkt een verwijzing naar de profeet Jeremia, waar staat dat God met ‘alsem spijzigt’. Hier betreft het een vallende ster, een komeet, die een derde deel van het zoetwater, van het drinkwater dus, dermate bitter maakt, dat het niet meer te drinken is. Mensen sterven er zelfs door. Alsem is in de bijbel niet voor niets ook een synoniem voor vergif…

Ja gemeente, het is een heftig gedeelte, dat we vanavond lezen. Het zijn huiveringwekkende beelden die dit visioen ons schildert.
Nu de hamvraag: hoe zijn deze woorden vervuld? Of staat dit nog te gebeuren? Of is het juist nu aan de gang?
Profetieën in de Bijbel hebben vaak meerdere lagen en dus ook vervullingen. Allereerst voor de eerste lezers, of beter: hoorders. Wat hadden de eerste hoorders van Openbaring aan die profetieën, aan die visioenen, als die niet over hen en hun tijd zouden gaan? Dat is de eerste laag zeg maar. Wie weet herkenden zij die tweede bazuin bijvoorbeeld, met die uitbarsting van die berg, wel in de uitbarsting van de Vesuvius in 79 na Christus. Een uitbarsting die toen een grote impact had –  een hele stad werd namelijk onder de lava bedekt en velen kwamen om. Het maakte al toen grote indruk in de Antieke Wereld. De Romeinen die de wereld dachten te beheersen, maakten geen schijn van kans tegen dit natuurgeweld.    En die bloedregen van de eerste bazuin zou ook wel eens kunnen verwijzen naar het verschijnsel dat rood woestijnzand mee kan komen in de regen, waardoor alles rood kleurt. Een antiek mens, vatbaar voor magie en bijgeloof, schrok zich dan een hoedje.

En wij? Zien wij die woorden vandaag vervuld worden? Anders gezegd: herkennen wij die visionaire beelden vandaag de dag? Ja, het zijn beelden, zoals heel Openbaring in beeldtaal tot ons komt, vol diepe en aangrijpende symboliek. Maar die staat wel voor een realiteit, een bittere, huiveringwekkende realiteit in dit geval.
Ik bedoel: die bosbranden, waar we de preek mee begonnen, ze zijn er telkens weer. In toenemende mate zelfs. Maar ook op een andere manier verdwijnen bossen en ander groen. Complete regenwouden worden omgekapt. De verwoestijning gaat nog steeds door.
En over de zeeën gesproken. Hoeveel zeedieren zijn er intussen niet uitgestorven of dreigen dat te doen? Zou het al niet een derde deel zijn? De vervuiling is ook immens. Ik hoorde dat er in de Grote Oceaan 1800 miljard stukken afval dobberen of afgezonken zijn. Bij elkaar weegt dat 80 miljoen kilo. En zo zijn er in de andere wateren nog eens vier grote afvalhopen, van ook weer 80 miljoen kilo. De plastic soep is intussen zo groot als drie keer Frankrijk. Wie duizelt het niet bij zulke gruwelijke getallen!
En over zoetwater, oftewel drinkwater gesproken… De Verenigde Naties hebben berekend dat rond het jaar 2050 ongeveer 40% van de wereldbevolking te maken krijgt met ‘waterstress’, oftewel een nijpend tekort aan zoetwater. Ja, bij ons stroomt er nog steeds genoeg drinkwater uit de kraan. Maar dat is voor velen op de wereld heel anders.
Die derde bazuin heeft het over bitter water. Dat hoef je niet alleen letterlijk te nemen. Dat ook natuurlijk. Als je denkt aan de verschrikkelijke vervuilde rivieren in Afrika. Of hoe kernrampen, zoals in Tsjernobyl en Fukushima, het water vergiftigen. Alsem…

Maar je hoeft het niet alleen letterlijk te nemen. Bitterheid is ook een gif dat het innerlijk van mensen in de greep kan krijgen, hun wezen doortrekt zeg maar. Juist ook in tijden van crisis.
De theoloog Miskotte was in de oorlog dominee in Amsterdam. Hij hield in die tijd bijbelavonden, juist ook voor mensen buiten de kerk. Hij behandelde toen het boek Openbaring, in z’n geheel. Het zijn fascinerende voordrachten geworden, waarbij Miskotte de actualiteit niet schuwde en echt profetisch durfde spreken. De tijd te duiden vanuit Gods Woord. Zo typeert hij bij die derde bazuin, van die ster Alsem, die dus alles bitter maakt, veel van zijn tijdgenoten. Mensen die echt geloofden in de vooruitgang, in de wetenschap, maar toen de crisis kwam, een enorme werkloosheid, een grote ongelijkheid, werden ze bitter. Miskotte spreekt ook over gestolde woede, een vastgevroren opstandigheid. Ze zijn een weerloze prooi van oncontroleerbare onzin.
Ik dacht: het is toch alsof Miskotte het ook over onze tijd en onze samenleving heeft. Hoevelen zijn er ook niet bitter geworden? Boos op alles en iedereen? Met hele korte lontjes. Met geen enkele fiducie meer in politiek en wetenschap. Ze geven zich liever over aan allerlei onbewezen en oncontroleerbare theorieën. Ja, bitterheid is een gif dat ook een hele samenleving kan verzieken. Net als families, gezinnen, relaties. En laten wij als kerk, en als gelovige mensen, ons er maar niet boven verheffen. Wie staat, ziet toe dat hij niet valle..

En die vierde bazuin, oftewel: het licht, de lucht, de atmosfeer… De aarde, dat kleine bolletje in het immense heelal, is, voor zover wij dat weten, de enige plek waar licht en leven zijn. Weet u hoe dat komt? Door de dampkring, zeggen de wetenschappers. Fascinerend, om niet over uit verwonderd te raken, om onze grote Schepper telkens weer voor te danken. Maar intussen hangt er rond vele steden en fabrieken een smog die het licht ook verduistert en ook nog eens ziekmakend is. Vraag dat maar aan de mensen in IJmuiden en omgeving, bij Tata Steel. Intussen is er een gat in de ozonlaag, en dat komt niet meer goed. En als we niet oppassen wordt het dermate groot dat er hier geen licht en leven meer mogelijk is…

Ja, u merkt het: er is er maar één die aan dit alles debet is. De homo sapiens, Latijn voor ons soort. Letterlijk betekent het ‘de verstandige mens.’ Ja, van alle schepselen zijn we bedeeld met het meeste verstand, met de grootste creativiteit en kundigheid. Die helaas echter ook verkeerd aangewend kunnen worden. Want van al dat rampzalige dat bezig is te gebeuren – of dat nu de bossen betreft (de longen van onze aarde), zich in de zeeën of de dampkring afspeelt, of het drinkwater of allerlei diersoorten raakt – al dat rampzalige staat helemaal op conto van ons mensen.

‘Maar wacht even, maak je nu geen draai, dominee, als het gaat over ons tekstgedeelte uit Openbaring? Het zijn toch engelen van God die op de bazuin blazen? Het zijn toch Gods gerichten die hier gaande zijn? Ze komen toch bij Hem vandaan?’
Jazeker, maar Gods gerichten staan nooit op zichzelf. Die zijn een reactie op ons handelen. Eigenlijk krijgen we daarin op ons brood wat wij zelf over ons afroepen.
Dat heet in de Bijbel oordeel. Dat God je overgeeft aan wat je zelf over je afgeroepen hebt met je dwaze, egoïstische en eigengereide gedrag.
Dat zie je dus bij de farao van Egypte. Als hij het volk Israël niet laat gaan, komt het oordeel, tienvoudig zelfs. Maar je ziet het later ook bij Israël zelf. Als Israël zich aan de afgoden verslingert, met de heidenen wil meedoen, dan zegt God: ‘Ga je gang.’ Dan trekt Hij zich terug. En dan wordt het één doffe ellende. Dat is zijn oordeel.
Zien we dat ook vandaag de dag niet, gemeente? Zitten we daar niet middenin? Die oordelen voltrekken zich. Die hebben we zelf over ons afgeroepen. Omdat we nooit genoeg hebben bijvoorbeeld…

‘Is dit geen fatalistische boodschap? Geen doemdenken? “It’s like doomsday!”’
Nee, vergeet niet dat die bazuinen hier geen signaal van het laatste oordeel zijn. Het zijn alarmsignalen. Om ons stil te zetten. Als we maar doordraven en graaien, en nooit genoeg hebben. Om ons tot inkeer en ommekeer te brengen. Zoals ze ook voor de farao en Israël bedoeld waren.
En bekering is in de Bijbel altijd heel concreet, gemeente. En laten we ons dan maar houden aan waar ons tekstgedeelte van vanavond het over heeft: die vier elementen die zo essentieel zijn voor ons: het groen, de zeeën, het water, de lucht en het licht. Kortom: de zorg voor deze schepping. Gods eigen kunstwerk. Dat verruïneren we toch niet? Die schepping laten we toch niet naar de verdoemenis gaan? Dat we zelf die doomsday over ons afroepen?

‘Moeten wij de wereld gaan redden dan?’
Nee, dat doet er maar Eén. Die uiteindelijk de zegels van de boekrol verbroken heeft, waar deze zeven bazuinen weer uit voortgekomen zijn: het Lam, oftewel Jezus Christus. Hij is de Redder. Door Hem wordt alles nieuw. Maar dan moeten wij niet in die oude wereld blijven hangen, dat oude leven, het egoïsme, ook in onze omgang met de aarde. Nee, dat oude leven is toch gekruisigd? We zijn toch verzoend? Dat hebben we vandaag toch weer gesmaakt, ons die genade laten welgevallen?! Dan zullen we toch ook uit die verzoening leven en in het nieuwe leven wandelen? Want anders maken we de genade goedkoop. Dan laten we in feite Christus zitten. En dat is in- en intriest.

Dat hoor je ook aan het slot van ons tekstgedeelte, als na die vier bazuinen een adelaar aan de hemel verschijnt. Hij roept ‘wee, wee, wee de mensen die op aarde leven, want dadelijk klinken de volgende drie bazuinen.’
Dat drievoudig ‘wee’ is vaak dreigend uitgelegd, maar Okke Jager komt in één van zijn dagboeken met een andere uitleg, die mij erg aanspreekt. Okke Jager haalt Jezus’ eindtijdrede aan, waar Hij ook een wee uitspreekt over de zwangeren en de moeders die hun kinderen de borst geven. Dat is niet dreigend, maar veel meer klagend: wat erg wat zij dan mee moeten maken.
En zo roept die adelaar dat ook over de mensen hier uit. Hij is begaan met de schepping. In het scheppingsverhaal worden vogels op de vijfde dag geschapen, de mens op de zesde dag. Het schepsel van de vijfde dag is bewogen om dat van de zesde dag. Okke Jager zegt dan: ‘De vogels keren zich niet tegen de mensen, zoals in die film van Hitchcock. De schepping is betrouwbaar. De schepping is solidair. Zij dreigt niet, maar is verbijsterd als de mensen haar bedreigen.’ Vandaar dat die adelaar ‘wee, wee, wee’ roept.

De adelaar is ook een beeld van de God van Israël. In de Thora wordt van God gezegd dat Hij als een adelaar Israël zal dragen op zijn vleugels. Nee, God is geen Despoot die er een behagen in schept om zijn schepping te vernietigen. Hij wil zijn schepping juist vernieuwen. Hij wil zijn mensen niet veroordelen, maar redden. Dragen dus.
En in de Heilige Geest zucht Hij mee met een schepping die in barensnood is, schrijft Paulus in Romeinen 8.
Dat is ook de bemoediging, lieve gemeente. Die oordelen hebben niet het laatste woord. Ook die weeën niet. Ze zijn voorbode van de geboorte van een nieuwe hemel en aarde. Wanneer is de uitgerekende datum in dit verband? Dat weten we niet. Dat weet alleen God de Vader, maar:

Mensen, komt uw lot te boven,
wacht na dit een ander uur,
gij moet op het wonder hopen
dat gij oplaait als een vuur,
want de Geest zal ons bestoken,
nieuw wordt alle creatuur.

Van die dag kan niemand weten,
maar het woord drijft aan tot spoed,
zouden wij niet haastig eten,
gaandeweg Hem tegemoet,
Jezus Christus, gistren, heden,
komt voor eens en komt voor goed! Amen

zingen           Gezang 300:6 

gezongen geloofsbelijdenis    Evangelische Liedbundel 274a 

gebed                        avondgebed van ds. Jaap Zijlstra

slotlied          Psalm 107:10

zegen

orgelspel